Geprijsd en geprezen
Ik heb een vriend die in de reclame zit. Tekstschrijver of copywriter, heet dat. Ik vraag me wel eens af, hoe zal zich dat ontwikkelen? Zal hij - om wille van de inkomsten voor hem en zijn gezin - deze routine kunnen volhouden, misschien zelfs de positieve, maatschappelijke, kanten ervan steeds beter beseffen? Mensen moeten eten, ook wel eens drinken en nou ja ze moèten roken, de waar moet bekend gemaakt, de goede aangeprezen en de minder goede ook maar aangeprezen - alles is betrekkelijk. Mensen moeten eten, mensen moeten leven, mensen moeten gebruiken. Mensen moeten verbruiken, mensen moeten consumenten worden. Goed, bon. Of zullen de negatieve kanten hem gaan drukken, mensen moeten bepraat worden, mensen moeten geïmponeerd worden, de waar moet aangeprezen worden, onverschillig of ze goed of schadelijk is, de waarheid speelt in dit spel niet mee en daarom is de leugen de stille vennoot? Ik hoop maar dat hij het positieve blijft zien zolang hij het nodig heeft, dan kan hij daarna, luxueus eenzijdig wordend, op dat (ergens toch wel aardige) vak trappen.
Waarom ‘aardig’? Omdat het alle mensen aardig vindt. Dom en slim, rijk of arm, alles is gelijk voor de reclame. Zolang men nog een kwartje te besteden heeft. En dat is toch aardig? Besteden is geen zonde. Nee. Alleen... dat eeuwige gerol (geld moet rollen), behoefte scheppen, technische snufjes... Het zou me niet verwonderen als hij op een dag ermee kapt. Het aan anderen overlaat. Gerold, geprezen en geprijsd zal er altijd wel moeten worden, maar dat anderen dat dan maar weer eens doen,