234 Hommius, Festus
Jelsum (prov. Friesland), 10 februari 1576 - Leiden, 5 juli 1642
Hommius was van vooraanstaande komaf en studeerde theologie in Franeker (1593), La Rochelle (1595) en Leiden (1596). Sinds 1599 was hij korte tijd predikant in Dokkum, na 1602 in Leiden. Hij had een actief aandeel in de provinciale synodes en nam tenslotte ook als overtuigd contraremonstrant deel aan de nationale synode in Dordrecht. Hij was onder andere scriba en vertaler van het Nieuwe Testament en volgde in 1619 G.J. Vossius* op als regent van het Statencollege. Volgens G. Brandt Sr.* is Hommius de voortzetter van de Tijdt-threzoor van P. Merula (zie: 332, c).
a Twede vervolch van het kort ende bondigh verhael van den standt der kercken, ende der wereltlicke regieringhe, beginnende van 't jaer na de geboorte Iesu Christi, 1614 tot het jaer 1627. Tsamengestelt door een beminder der historien, zijnde een bekent goet vrient van D.P. Merula zal. ged. Leiden 1627 [122 pp.; fo].
Het werk is geplaatst achter de tweede druk van Merula's Tijdt-threzoor (zie: 332, c).