Literatuur
De Wind, 112-113; Van der Aa, I, 435-436; ADB, I, 689-690; BWN, III, 17-19; NNBW, I, 196; Muller, 34; Kampinga, Opvattingen; R. Fruin, ‘De samensteller van de zoogenaamde Divisie-kroniek’, in: idem, Verspreide Geschriften (10 dln.; 's-Gravenhage, 1900-1905) VII, 66-72; A. Hulshof, ‘Een middeleeuwsch kroniekje, dat tijdens de Republiek als schoolboek is gebruikt’, Het Boek, I (1912) 329-336, 365-370; H.J.A. Ruys, ‘De eerste druk der Divisiekroniek en de oudste Hollandsche wereldkaart’, Het Boek, IV (1915) 161-168; J. Romein, Geschiedenis van de Noord-Nederlandsche geschiedschrijving in de Middeleeuwen. Bijdrage tot de beschavingsgeschiedenis (Haarlem, 1932); H. van de Waal, Drie eeuwen vaderlandsche geschied-uitbeelding 1500-1800. Een iconologische studie (2 dln.; 's-Gravenhage, 1952); M.E. Kronenberg, ‘Werken van Cornelius Aurelius (Donkanus) in de bibliotheek van kanunnik mr Jan Dircsz. van der Haer (anno 1531)’, Het Boek, XXXVI (1963-1964) 69-79; B. Ebels-Hoving, ‘Het karakter van de Divisiekroniek’, Theoretische geschiedenis, IX (1982) 246-282; C.P.H.M. Tilmans, ‘Cornelius Aurelius en het ontstaan van de Bataafse mythe in de Hollandse geschiedschrijving (tot 1517)’, in: B. Ebels-Hoving, e.a., ed., Genoechlicke ende lustige historiën. Laatmiddeleeuwse geschiedschrijving in Nederland (Hilversum, 1987) 191-213; idem, Aurelius en de Divisiekroniek van 1517. Historiografie en humanisme in Holland in de tijd van Erasmus (Hilversum, 1988).