Oorlogsverzen. Gevecht met het dier(ca. 1945)–Paul Haimon– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 21] [p. 21] De Profundis Ik zal staan en alleen zijn, mijn God, heel alleen zal ik staan in 't gebod, ik zal staan, maar keer mij al om: och, overal groeit het gebrom. Omhoog jagen d'engelen om. Ik zal hooren, U, hooren, mijn God, hoog op den troon van het lot, daar staat Gij, mijn God, en ik schouw, ik tuur in de diepte van 't berouw en ik schrei, ik schrei als 'k U schouw. Want Gij alleen zijt het, God Gij alleen, d'almachtige God, en niets, en niets dat ik weet dan Gij, dan Gij dien ik eet: Liefde; al 't andre is leed. Vorige Volgende