Azuren holte(1964)–Jos de Haes– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 20] [p. 20] V Het dagelijks ontwaken, lauw als een gestoken offerdier, het vogelvrije lichaam rauw op bed van rokende laurier. De sprekers worden hier ontspraakt, maar de ingewanden, blootgelegd en door het heilig mes geraakt, trillen een taal door lemmer en hecht. De violette lever slaat zijn vlerken van onthoofde draak. Der nieren zinneloos gelaat van slechts een uitgebeende kaak, kropt zijn verzuurde giften op. En 't uitgesneden hart, obsceen een opgegraven godenkop bekranst met druif en edelsteen, zwelt als een liederlijk orgaan dat nog zijn dode wanden spant, tussen een mes van obsidiaan en porseleinen priesterhand. Vorige Volgende