Hemingway uit de ‘twintiger’ jaren, in drie regels geschetst door Samuel Putnam in zijn boek Paris Was Our Mistress. Memoirs of a lost and found generation. Later was er natuurlijk meer: jagen, vissen, de stieren, oorlog. En van dat alles boeken maken, die bestsellers werden. En daarbij de integriteit niet verliezen, waarvan hij in zijn jonge jaren al gezegd had, dat het ermee gesteld was als met de maagdelijkheid: eenmaal kwijt, krijg je die nooit meer terug.
Als een waardig afscheid beschouw ik: Hemingway and His Critics. An International Anthology (New York, 1961). Het is internationale kritiek, beschouwingen van schrijvers uit Frankrijk, Duitsland, Italië, Japan, Rusland en Spanje. De samensteller van deze bloemlezing is professor Carlos Baker van Princeton, die wel de uitvoerigste studie over hem geschreven heeft: Hemingway: The Writer as Artist. In de Amerikaanse pers heeft hij gewezen op de parallel met de dood van dr. Clarence Hemingway, de vader van Ernest, die zelfmoord heeft gepleegd met een geweer en leed aan ‘hypertension’ en suikerziekte. Carlos Baker beweerde voorts, dat Ernest Hemingway in het ziekenhuis was onderzocht voor ‘hypertension and incipient diabetes’.
Als beroepslezer is het aantal boeken, dat ik herlees, of ook maar herlezen wil - later, later - gering, vooral wat de ‘fiction’ betreft. Hem heb ik herlezen: The Sun Also Rises, gedeelten uit ‘The Bell’, Green Hills of Africa, Death in the Afternoon met zijn doodsfilosofie verschillende malen zelfs en de verhalen: ‘Big Two-Hearted River’, ‘The Snows of Kilimanjaro’, ‘The Killers’, ‘In Another Country’. Hij is altijd ook een goed zakenman geweest, die zijn werk terecht ook als een belegging beschouwde. Hij schijnt nog wat in petto gehouden te hebben voor ‘de oude dag’, die hem bespaard is gebleven. Het is te hopen, dat ik het vóór mijn oude dag nog te lezen zal krijgen.
Hemingway was een groot man en een groot schrijver.