Feuilletons in het Algemeen Handelsblad 1919-1924
(1919-1924)–Jacob Israël de Haan– Auteursrecht onbekendNr 363 Zóó is het officieelGa naar margenoot+Officieel is het zoo: Mededeeling van Zijne Britsche Majesteit aan Zijne Hoogheid den Emir Abdoellah: ‘Onder voorwaarde van goedkeuring door den Volken bond, erkent de Regeering van Zijne Britsche Majesteit het bestaan van een onafhankelijken staat in Transjordanië onder de Regeering van Zijne Hoogheid den Emir Abdoellah, den Zoon van Hoessein. Mits die Regeering constitutioneel is en mits zij de Regeering van Zijne Britsche Majesteit in staat stelt hare internationale verplichtingen betreffende dit gebied na te komen, door middel van een tractaat tusschen de beide Regeeringen’. Wat het slot precies beteekent, weten wij niet. ‘De Ruttenberg-concessie’, zeggen onze ijveraars. Dat is een internationale verplichting, want Ruttenberg is indertijd politie-commandant van Sint-Petersburg geweest. Binnenkort zal ook het verbond worden gepubliceerd tusschen Engeland en Koning Hoessein van Mekka. Vrij zeker komt er een federatie van de Arabische Staten: Hedjaz, Mesopotamië en Transjordanië. Men zegt, dat Koning Hoessein van Mekka binnenkort eene samenkomst zal hebben met zijne zonen Feisoel van Mesopotamië en Abdoellah van Transjordanië te Amman, de hoofdstad van Transjordanië. En Syrië? En Palestina? Onder den indruk van het Turksche gevaar, heeft Frankrijk zich met den Emir verzoend en de Emir heeft met Frankrijk reeds een douane-verbond gesloten betreffende invoer voor Transjordanië over de Syrische havens. Misschien wordt een kleine haven gebouwd te Akaba aan de Roode Zee. En Palestina? Verleden week was het Beiramfeest. Koning Hoessein heeft toen een telegram gezonden aan de leiders van de anti-Zionistische Arabieren, waarin hij verzekert, dat ook Palestina een deel zal zijn van de Arabische Federatie. Doar Hajom heeft dadelijk bij de Regeering inlichtingen gevraagd. Het antwoord van de Regeering is nogal raadselachtig: ‘De Engelsche politiek in de Arabische Mandaatslanden blijft onveranderd, bijzonder wat Palestina aangaat. Palestina wordt niet een deel van de Arabische Federatie. Alleen zal den Palestinensischen Arabieren worden toegestaan politieke betrekkingen aan te knoopen met de andere Arabische landen.’ Wat beteekent dit laatste precies? De Regeering heeft voorts den berichtgever van Doar Hajom verzekerd, dat na de onderteekening van het Engelsch-Arabische verdrag, de toestand in Palestina zekerder zal zijn en de basis van de Zionistische politiek vaster. Voorloopig hooren wij, dat in den nieuwen Palestinensischen Staatsraad twee Joodsche leden zullen zitten, tegenover drie in den ouden. Doar Hajom troost ons met de mededeeling, dat dr. Weizmann van alle Engelsch-Arabische onderhandelingen op de hoogte is geweest. Maar men leest het nauwelijks. Aan eenen Joodschen Staat in Palestina, op de grondslagen van het tegenwoordige Zionisme, gelooft hier niemand. En over de verhouding, op den duur tusschen Palestina en de Arabische Federatie is men niet gerust. Overigens heeft de Joodsche Gemeenschap zorgen genoeg. Een hinderend geldgebrek. En niets zien wij van eenen gezonden, frisschen Joodschen boerenstand. Niets zien wij van een verlangen zelfs naar een eerlijke, menschelijke, Joodsche cultuur. | |
II.Wat zal onder deze omstandigheden het volgende Zionistische Congres zijn, te Karlsbad, Augustus aanstaande? Ongeveer in denzelfden tijd houdt ook de Agoedath Israël zijn wereldcongres te Weenen. Eenheid, op den grondslag van wederzijdsche gelijkheid en vrijheid, tusschen de beide groote Organisaties des Joodschen Volks bestaat er nog niet. Men geeft elkander natuurlijk over en weder de schuld. De Zionistische Organisatie heeft waarschijnlijk in de oorspronkelijke Engelsche beloften meer gelezen dan bedoeld is. Dit heeft sommige leiders, die niet aan gezagvoeren gewend waren, gebracht tot een brutale heerschzucht over Arabieren en niet-Zionistische Joden. Ten aanzien van de Arabieren is de gouden tijd voorbij. En ook ten aanzien van de niet-Zionistische Joden vergaan de bazige dagen. Kolonel Kisch, de politieke leider van de Zionisten, heeft dezer dagen onofficieele bezoeken gebracht bij de Rabbijnen Sonnenfeld en Horovics, de leiders van Agoedath Israël. Misschien. Maar het Zionisme is op het oogenblik geen politieke factor van betekenis, ook niet in Palestina. De Jewish Agency krijgt toch weinig of niets te zeggen. Dus behoeft men aan zijne samenstelling ook niet zooveel gewicht te hechten, al blijft de quaestie altijd van belang. En de strijd tusschen de plutocraten en de democraten? Weizmann tegen Oessiskin. Weizmann blijft. Oessiskin blijft. Weizmann gaat. Oessiskin gaat. Het is alles één. Er zullen altijd wel goede menschen zijn, die wat geld voor Palestina over hebben. Er zullen hier ook altijd wel goede menschen zijn, die dat geld willen aannemen. Sommige menschen bouwen mooie huizen. En anderen bouwen geen mooie huizen. Sommigen hangen zich op. Anderen schieten zich dood of verdrinken zich. Maar David en Joseph zijn nog altijd zwagers. En dan is alles goed. | |
III.De Joodsche Volksraad is weder bijeen geweest. Het Orgaan van de Joodsche autonomie. Jawel. David en Joseph. Meer dan drie jaar geleden is de Raad voor twee jaar gekozen. Hij zit nog. Niemand trekt het zich aan. Alleen een aantal betaalde ambtenaren drijven het zaakje voort. De Raad heeft weder propaganda gemaakt voor de Rots des JischoebsGa naar voetnoot1), een vrijwillige bijdrage van een shilling per hoofd. Het resultaat is geweest: vijfduizend Rotsen, waarvan vierduizend te Tel-Aviv. Trouwens, ook dat gelooft niemand. Die vierduizend Rotsen van Tel-Aviv. Dat zijn nominale Rotsen, waarover niemand zich het hoofd breekt. Daar David en Joseph overigens toch zwagers zijn, behoeft de Volksraad geen rekening en verantwoording te doen. Het zaakje valt uit elkander. In Haïfa is de Zionistische Stadsraad al uiteengevallen. De Jeruzalemsche Stadsraad is vier jaar geleden voor twee jaar gekozen. Hij zit nog. Eerst was David de president en Joseph de vice-president. Nu is Joseph president en David is de vice-president. Maar daar zij deze bestuurswisseling vergeten waren, heeft David een volmacht geteekend voor een advocaat om een proces te voeren met de Agoedistische Joden, die geweigerd hebben den Zionistische Stadsraad belasting te betalen op het Paaschbrood. Het is een mooi, groot proces, waaraan reeds zeven zittingen gewijd zijn. De eerste, voorloopige, beslissing is nu gevallen. Deze: dat de Zionistische Stadsraad rechtspersoonlijkheid heeft. Dadelijk daarop is de advocaat van de Agoedisten, een dom en kwaadaardig mensch, opgestaan en heeft beweerd, dat een volmacht van David niet voldoende is. Daar de eischer dus niet aanwezig is, vraagt hij ontslag van de instantie. Maar daarvoor is de rechter nu weer te goedhartig en te verstandig. Hij verleent een week uitstel om een volmacht van Joseph te brengen. ‘Ik ben ook tevreden met een volmacht van mevrouw Joseph’, zegt de advocaat van de Agoedisten: ‘zij is toch de baas’. En ofschoon hij dit in het Hebreeuwsch zegt, wordt hij daarvoor tot de orde geroepen. ‘En toch is zij de baas’, houdt de boosaardige vol. ‘Ik sluit de zitting’, zegt de rechter in het Hebreeuwsch, de taal onzer Renaissance. Het is te begrijpen, dat men bij zoo mooie en groote processen niet óók nog belangstelling houden kan voor kleinigheden als de Arabische federatie en zoo. Tel-Aviv is een burgerlijke gemeente geworden. De eerste verkiezingen voor den gemeenteraad moeten worden gehouden. Daar een groot aantal orthodoxe kiezers verklaard hebben niet te zullen meedoen, wanneer er geen bepaling komt tegen Sabbathschending in het openbaar, heeft men de verkiezingen uitgesteld. De Rabbijn Kuk heeft telegraphisch de medewerking van dr. Weizmann ingeroepen. De SefardischeGa naar voetnoot2) Joden twisten weder met de Ashkenasiem. En de Ashkenasiem noemen hen eerbiedig Sefardeïm, met een toontje spot in de laatste lettergreep. En dan beteekent het: ‘kikvorschen’. Een van de Kikvorschen heeft in de courant aangetoond, dat in een aantal Zionistische bureaux 350 Ashkenasiem werken, tegenover 13 Kikvorschen. ‘Ja’, kwaakt deze booze Kikvorsch, ‘de anti-Zionistische gemeenteraad van Jeruzalem heeft nog wel enkele Kikvorschen als ambtenaren. Maar de Joodsche gemeenteraad van Tel-Aviv heeft er geen een’. | |
IV.Het schijnt, dat de regeering afziet van de verkiezingen voor het nieuwe Wetgevend College, die door de Arabieren geboycot waren. Een klap voor Sir Herbert Samuel, die den Arabischen opposant officieel had verzekerd, dat de verkiezingen in ieder geval zouden doorgaan. Men zegt, dat de Joden eerst ook hebben gedreigd niet mede te zullen doen. En dat Sir Herbert hen tot deelneming heeft gebracht, door hun de Zionistische dwang-gemeenschap te beloven. Maar dat wil het Engelsche ministerie weder niet, dank zij het verzet van de Agoedisten. En terwijl de verkiezingen zijn afgelast, begint de regeering een strafproces tegen een aantal Arabieren wegens boycot van de verkiezingen. Tusschen de Arabieren en de Joden gaat het maar matig. Het zelfgevoel van de Arabieren is natuurlijk zeer toegenomen. Zij eischen nu zelfs officieel den Klaagmuur op als een Arabisch bezit. Een netelig probleem blijft de Arabische arbeid. Men durft dien niet openlijk boycotten en kan toch zonder Joodschen arbeid de immigratie niet gaande houden. Maar de Joodsche arbeid is te duur. En zelfs de Joodsche Wachters in de Koloniën zijn deels Arabieren. De verhalen over twisten tusschen Zionistische en anti-Zionistische Arabieren, met opgave zelfs van het aantal dooden en gewonden, zijn eenvoudig propagandische leugens. Er gaat een stroom propagandistische leugens van Palestina naar het buitenland. Maar het leven is eerlijk. Er gaat ook een stroom terug. | |
V.En de opbouw van het Land? Waar blijft de Joodsche landbouw? Waar de bloeiende, of tenminste onafhankelijke Joodsche industrie? Er is een immigratie van ongeveer achthonderd per maand. De grootere getallen zijn eenvoudig propagandistische leuzen. De voorkeur hebben immigranten, die hier reeds verwanten hebben en dus bij werkloosheid niet dadelijk zonder materieelen en moreelen steun zijn. Er is veel werkloosheid. Maar toch dringen de arbeiderspartijen aan op meer immigratie, omdat zij meenen, dat de druk van een groot aantal werkloozen vanzelf zal dwingen tot uitsluiting van Arabische arbeid en tot schepping van nieuwe arbeidsgelegenheden. Haäretz brengt hartbrekende verhalen over den honger en de ellende, die de arbeiders lijden in de nieuwe vestigingen van het dal Jisraël. Het blad vaart hevig uit tegen den Jischoeb, die alleen maar denkt aan opera, operettes, dansavondjes en de laatste mode. Wat zal men zeggen! Generaal Allenby en Generaal Deedes zijn ingeschreven in het Gouden Boek van het Joodsch Nationaal Fonds. De Klausenburger Rav is aangekomen. En de tabaksteelt gaat iets vooruit. Morgen Wekenfeest. Een Omer voorbij. Jaren voorbij. Wat is de Oogst? Maar de Engelsche Politiek in Palestina blijft onveranderd Zionistisch. Alleen zal den Palestinensische Arabieren worden toegestaan politieke betrekkingen aan te knoopen met de andere Arabische landen. Zóó is het officieel. |
|