dan begeeft hij zich met den brief naar het kantoor van den persoon aan wien de brief is gericht. Hij zendt zijn visitekaartje tezamen met den brief naar binnen en wacht tot de geadresseerde hem laat binnenroepen. Is deze in conferentie, dan zal hij vermoedelijk een uur of datum opgeven wanneer hij gelegenheid zal hebben den bezoeker te ontvangen.
Is de introductie brief aan een dame gericht, dan geve men persoonlijk brief en kaartje af aan haar huisdeur zonder een poging te doen binnen gelaten te worden.
Het is dan aan de vrouw des huizes den geïntroduceerde - wiens adres en telefoonnummer op zijn kaartje staan - op te bellen en uit te noodigen. Is deze dame gehuwd, dan zal zij den onbekenden bezoeker uitnoodigen op een avond, (kort na zijn bezoek) wanneer de heer des huizes aanwezig is.
Is degene, die geïntroduceerd wordt een vrouw, dan zendt zij het introductieschrijven per post indien de geadresseerde een vrouw is.
Vervolgens wacht zij het bezoek (kaartje) van de geadresseerde.
Dit beantwoordt zij met het eveneens afgeven van een kaartje waarna de geadresseerde volgens de étiquette haar dient uit te noodigen.
Meestal gaat het minder vormelijk en zal de geadresseerde na ontvangst van het schrijven opbellen en een datum van samenkomst vaststellen.
Heeft een vrouw een introductie voor een zakenman, dan handelt zij precies zooals een man zou doen: zij vervoegt zich te zijnen kantore en zendt het introductieschrijven tegelijk met haar kaartje naar binnen.
Ontvangt men van familie of goede vrienden een introductie voor een onbekende dan eischt de étiquette, dat men die geïntroduceerde bij zich thuis ontvangt hetzij voor een theebezoek hetzij voor een maaltijd. Slechts een geldig excuus (ziekte - verbouwing - verhuizing, rouw e.d.) ontslaat de aangezochte van deze plicht en veroorlooft hem de geïntroduceerde buitenshuis in restaurant of hotel te ontmoeten.