tijde van het staren of herhaaldelijk nieuwsgierig omkijken naar derden, men houde bij groote drukte geen vrije stoelen bezet met pakjes, handtasschen, jassen enz.
Tenslotte bedenke men, dat men bij een enkele vertering niet anderhalf uur kan blijven zitten zonder nogmaals iets te bestellen. Een half uur, drie kwartier is ongeveer de spanne tijds, die men kan blijven toeven. Is er muziek of cabaret met verhoogde prijzen, die feitelijk verkapte entréegelden zijn, dan kan men natuurlijk langer blijven.
Door restaurateurs en gérants wordt het - en terecht! - ongaarne gezien, dat voorbijkomende kennissen aan een tafeltje mede aanschuiven zonder iets te bestellen. Voor den restaurateur moet iedere stoel zijn geld opbrengen.
Wordt men door het bedienend personeel er op opmerkzaam gemaakt, dat men zonder vertering te bestellen niet kan blijven zitten (hetgeen soms wel eens minder tactvol geschiedt) dan kieze men de wijste partij en verwijdere zich of bestelle een kleinigheid. De tijden zijn voorbij, dat een vrouw-alleen niet in een café zou kunnen plaats nemen zonder hinderlijk aangestaard of op andere wijze lastig gevallen te worden.
Aan de vrouw, die zich rustig en waardig gedraagt (dit geldt ook voor de jonge vrouw!) op kalmen zekeren toon haar bestelling opgeeft en niet door herhaald heen en weer geloop of door opvallende manupulaties met lippenstift en poederdoos noodeloos de aandacht op zich vestigt, zal niemand aanstoot nemen.
Zij, die in een café of restaurant van tafeltje verwisselen (omdat er b.v. een tafeltje bij het raam is vrijgekomen) nemen bij het verhuizen niet zelf kopje of glas mede, doch verzoeken den kellner of de serveerjuffrouw dit voor hen te doen.
(Zie ook onder Bestellen en Fooien).