Beantwoorden van vragen.
Bij het beantwoorden van vragen zij men vóór alles duidelijk en kort en vermijde alles wat niet rechtstreeks te maken heeft met de vraag.
In ieder gezelschap geldt het voor zéér onbeleefd om niet te antwoorden op een gestelde vraag.
Doet men U lastige, onbescheiden vragen, waarop gij niet wenscht te antwoorden, dan kunt gij met een glimlach zeggen: Hierop moet ik U werkelijk het antwoord schuldig blijven. Of: Hierop kan ik U werkelijk geen antwoord geven.
Vraagt een oudere bemoeizieke bezoekster b.v. aan een pas getrouwd vrouwtje: En - wat verdient Uw man nu mevrouw, bij de X-Maatschappij?
Dan kan de jonge vrouw rustig antwoorden: Dat zou U tegenvallen mevrouw, dat is maar bescheiden of: Dat zou U meevallen mevrouw, dat is een heel aardig salaris.
In beide gevallen weet de vraagal nog evenveel en zal ongetwijfeld bemerken, dat zij te ver is gegaan. Dit geldt nog voor vele andere gevallen.
Het is opmerkelijk hoe slecht doorgaans vragen worden beantwoord: Deels onvolledig, deels totaal verkeerd.
Daarom geve men zich terdege rekenschap van datgene wat er gevraagd wordt, alvorens te antwoorden en schame zich niet ronduit te bekennen, dat men iets niet weet, of van een blijkbaar beroemd iets of iemand nog nooit eerder gehoord heeft.