Het recht van oorlog en vrede
(1993)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermdProlegomena & Boek I
[pagina 31]
| |
Cicero, maar een gekunsteld renaissance-Latijn. De zinsbouw is soms nodeloos ingewikkeld, de taal zeer abstract, de gedachtensprongen zijn soms bruusk. De Groot is ook niet altijd zeer consequent in zijn schrijfstijl, meer bepaald met betrekking tot de werkwoordtijden en het gebruik van het enkelvoud of het meervoud (wellicht is dit een gevolg van de haast waarmee dit werk tot stand kwam). Bovendien worden de citaten zonder enige contextaanduiding in de tekst opgenomen; bij nader onderzoek lijken ze ook dikwijls buiten de context te staan. Een bijzonder probleem bij vertalen vormt het gevaar voor anachronismen. Zo wordt het Latijnse ‘societas civile’ in alle vertalingen - ons inziens ten onrechte - door ‘staat’ (état, state) vertaald en het Latijnse ‘summum potestas’ door ‘soevereiniteit’ (souverainité, sovereignty). De meer oorspronkelijke vertalingen ‘burgergemeenschap’ en ‘hoogste macht’ lijken dan weer stroef en weinig modern. Al deze elementen maken het zeker niet gemakkelijk om de oorspronkelijke tekst in een correcte en een zo vlot en zo boeiend mogelijke Nederlandse vertaling om te zetten.
Deze inleiding kan daarom niet worden besloten zonder een woord van dank. Op de eerste plaats een bijzonder woord van dank aan pater J. Paul Fransen s.j., die zijn jarenlange ervaring met klassieke auteurs ten dienste heeft willen stellen van dit werk. Zonder zijn bemoedigende steun en kritische opmerkingen was deze vertaling niet tot stand gekomen. Een woord van dank ook aan alle collega's van de Katholieke Universiteit van Brussel, die de auteur direct of indirect hebben geholpen bij het tot stand komen van dit werk. |
|