Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 17
(2001)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd184C. 1610 februari 14. Van de Gecommitteerde Raden van de Staten van Zeeland.Ga naar voetnoot1Eerentfeste, etc., Ons is gelevert uE. schrijvens met de bijgevouchde copie van de sententie bij den Hove Provintiael, gewesen in de saecke raeckende de provisionele ontslaginge van den waterbailliu Robbert Jolijt wt zijne apprehentie ende detentie tot Vlissingen.Ga naar voetnoot2 Ende wat belangt uE. versouck wat deselve vorder in de voorszegde saecke nu sal hebben te doen, dient daeromme tot andwoorde dat wij wt alle de voorgaende resolutiën, bij de heeren Staten van Zeelandt desen aengaende genomen, bevinden dat het haer Edele Moogende ernst is dat dese saecke werde met alle diligentie vervolcht. Daerom wij dien conformelijck mede goetvinden uE. te versoucken nyet te willen versuuymich wesen noch naerlaten van 'tgene tot bevoorderinge van deselve tot handthoudinge ende maintenemente van de | |
gerechticheyt van de lande van Zeelant dienstich sal bevonden worden, ende soo yetwes daertoe noodich is, sullen wij 'tselve van uE. verstaen hebbende, daerop doen gel[ijck] oorboirlijck sal wesen. Hiermede, eerentfeste, etc., Raden. | |
Den XIIIIen February 1610. | |
Bovenaan de copie staat: D'advocaet-fiscael de Groote. |
|