Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 15

6842. 1644 april 30. Aan J. Oxenstierna en J.A. Salvius.¹

1 Hs. Stockholm, RA, E 951, coll. J.A. Oxenstierna ser. B II (met als bijlage een exem-

[p. 370]

¹

1 plaar van de Gazette 1644, no. 41, dd. 28 april 1644, ‘Articles de la paix entre Sa Sainteté et le Duc de Parme’). Eigenh. ondertek. Adres in Grotius' hand. Deze brief aan de Zweedse gevolmachtigden Johan Oxenstierna en Johan Adler Salvius is gelijk aan de nieuwsbrief die Grotius op dezelfde dag aan kanselier Axel Oxenstierna schreef (no. 6841). Gedrukt in Meerman, Epist. (BG no. 1222), p. 132. De tekst is ook bekend van copieën aanwezig te Hamburg, Staats- und Universitätsbibl., Sup. ep. Uffenbachii et Wolfiorum, 42, 97 en 4^o 38, 42; te Hannover, Niedersächs. Landesbibl., ms. XII, 746, f. 82; te Kopenhagen, KB, coll. Thott, 504, 2^o, p. 229; en te Linköping, Stifts- och Landsbibl., Br. 23, 57 en Br. 24, 82.

Adres in de hand van Grotius: Illustrissimis excellentissimisque dominis/dominis, reginae Suedorum, Gotthorum, Wandalorum summa cum potestate legatis; domino Johanni Oxenstiernae, regni senatori, etc., libero baroni in Kymitho, etc.; domino Johanni Salvio, aulae cancellario, etc., domino in Adesburg, etc.

In dorso staat in een onbekende hand: Praesent. Ossnabruggae, die 30 Aprilis anno 1644.