Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 14
(1993)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd6204. 1643 mei 8. Van P. Pels.Ga naar voetnoot1Mijnheer, Uyt den brieff van u. Exc.cieGa naar voetnoot2 hebbe gerne verstaen wat in Vranrijck passeert. Hier en hebben wij geene sunderlinge veranderinge, alleen dat men oogenschijnlijck siet dat men souckt Dansick te straffen, die ooc well wat verdient hebben. De brieven van den coning van Polen, den palatin van Posen, den veltheer Conitspolski met 16 van de evangelische senattoren en hebben in faveur van RuarusGa naar voetnoot3 liberteyt van consciëncie niet konnen verrichten. Maacken alsoo sooveel vijanden alsij vrienden sauden hebben konnen. Den geest van doctor Luther en maacket niet anders. Sij beginnen ooc de novo de Nederlanders te plagen, willen hun met eenen ondoenelijcken eet beschrancken,Ga naar voetnoot4 namentlijck aen honorabele lieden die 20, ja 30 jaeren hier gewoont, daer niet op en valt te seggen, die sullen sweeren hun wetten niet te violeeren, daer het hun vrij staet te straffen die deselve overtreden. En soo sij dien absurden eet niet doen willen ome tot discrecie van hongerige instigatoren vor meyneedigh aengeclagt te worden, soo moeten se de stadt quitteren en nogh het thiende van all haer verlaetenschap achtterlaeten. De stadt Elbing is tollvrij dor de gantse croon Polen, tracteren ooc dor den coning met den churvorst van Brandeborgh ome sulckx in der Pilauw ooc te worden,Ga naar voetnoot5 en geloove dat Baudis naer Dennemarcken is ome met dien coning in de Sondt hetselve te doen, alles aengesien ome Dansick tot obediëncie te brengen en 't is den rechten slagh soo het aengaet.Ga naar voetnoot6 Den landdagh tot Berlin was well vergaen. Den churvorst was vertrocken naer Custrin en vandaer den cantzler Göts en Lychtmaer gesonden naer Stettin ome te voltrecken de amnistie,Ga naar voetnoot7 de heer vorweser van CrossenGa naar voetnoot8 aen den coning van Dennemarcken en de heer Wesenbeek naer Francfort am Meyn.Ga naar voetnoot9 | |
[pagina 251]
| |
8 Mayo 1643, Dansick. | |
Bovenaan de brief schreef Grotius: Rec. 3 Iunii. En in dorso: 8 Mey 1643 Pels. |
|