Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 13

5805. 1642 juli 23. Van S. Petit.¹

Illustrissimo viro Hugoni Grotio, legato reginae Sueciae, Samuel Petitus S.P.D.

Quanquam piaculare sit tua, vir illustrissime, morari tempora, non potui mihi temperare, quin te per has convenirem et interpellarem literas, cultus in te mei interpretes, et affectus mei in virum clarissimum doctissimumque Durieum,² qui eas tibi reddet. In Sueciam ille proficiscitur rogatus a nobilissimo barone Sueco,³ qui in hanc nostram viciniam venit ad bibendum aquas Mainenses,⁴ et amici mei in re medica peritiam suo bono expertus est, tantumque virum suae vult patriae conciliare publico eius bono. Veni tu quoque, ῶ πάνυ, in partem huius laudis, et praestantissimum virum amicis tuis rogatus a me commenda de meliore nota, in digniorem eo beneficium istud non potes conferre, maiori certe non devincire me quibis unquam.

Vale, vir summe, et nos amare perge.

Nemausi, X Kalendas Augustas 1642.

1 Hs. Den Haag, KB, 76 B 62 (voorheen 74 H 36); in 1926 geschonken door dr. P.C. Molhuysen. Eigenh. oorspr. Samuel Petit (1594-1643), te Nîmes geboren als zoon van de predikant François Petit, studeerde te Genève theologie, Grieks, Hebreeuws en andere oosterse talen. In 1614 werd hij uitgenodigd om predikant in zijn geboortestad te worden. Korte tijd later ontving hij aan het Collège van Nîmes ook een leeropdracht in het Grieks. Zijn grote eruditie wekte de bewondering van vele geleerden. Ook in de Republiek bestond belangstelling voor zijn werk (Haag, La France protestante VIII (1858), p. 203-205).

2 De uit Artesië afkomstige arts Grégoire-François Du Rietz (1607-1682), een van de artsen van koning Lodewijk XIII. In 1642 vertrok hij naar Zweden om als eerste lijfarts in het gevolg van koningin Christina te treden (DBF XII, kol. 776; SBL XI, p. 586-592).

3 Wellicht baron Bengt Skytte die in deze tijd een reis door Frankrijk maakte om te herstellen van zijn slechte gezondheid; vgl. no. 5672.

4 Het heilzame water kwam uit de minerale bronnen van Meynes in de omgeving van Montfrin. In juni had koning Lodewijk XIII zich ook gelaafd aan de ‘eaux de Meyne(s)’; zie het bericht in de Gazette 1642, no. 88, dd. 5 juli 1642.

In een andere hand: Inscriptio erat: à monseigneur/mons[e]igneur Grotius, con[seiller d']Estat et ambassadeur ordinaire de la regine de Suede, à Paris.