Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 13
(1990)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd5658. 1642 maart 29. Aan N. van Reigersberch.Ga naar voetnoot1Mijnheer, Den coninck blijft in de quartieren ontrent Narbonne. Den marescal de La MilleraiGa naar voetnoot2 belegert Coleuvre met vijfendetwintichduizent man ende de haven met zestien galeien, twintich ronde schepen; is gecomen tot de contrescarpe ende heeft een groote uitval gesteuit ende, soo men hier zegt, tweehondert geslagen, driehondert gevangen. Dit is in Roussillon. Maer in Catelagne zijn de Spaignaerden meesters van 't veld, hebben ConstantinaGa naar voetnoot3 weder ingenomen ende zullen verder gaen, zoo zij niet getrocken en werden nae Arragon, alwaer men zegt een groote beroerte is.Ga naar voetnoot4 Wel is waer dat de gemeente van Parijs dickmael is bedrogen geweest door die tijding, maer nu ter tijdt werdt zulcx meer als voor dezen gelooft, omdat men meent dat veelen die vast geweest zijn aen de ontdeckte conspiratie van de grooten van Spaegnie, haerzelve zullen zoecken te salveren met veele anderen in 't spel te trecken, gelijck gemeenelijck gebeurt. 't Oorlogh schijnt voor dit jaer vanwegen Vrancrijck meest zal vallen op de frontieren van Spaegnie ende dat op de grentzen van Nederlant ende Bourgogne 'tzelve niet veel meer en zal zijn als defensyf. Ondertusschen groeien de trouppes zoo van den grave van Harcourt als van de Guiche.Ga naar voetnoot5 Nae Italië gaet den hertogh van Bouillon,Ga naar voetnoot6 alzoo tot noch toe het oorlogh daer blijft tuschen Vrancrijck ende Spaignie. Den prince Thomas zoeckt voor het sluiten van het tractaet approbatie te hebben van Spaegnie ofte te minste bij Spaegnie geëxcuseert te zijn, doende dat de noodt vereischt.Ga naar voetnoot7 Maer den cardinael van Savoie heeft gezonden nae Rome om de dispensatie te hebben om zijne nichtGa naar voetnoot8 te trouwen. De vloot van Vrancrijck die nae de custen van PortugaelGa naar voetnoot9 zoude gaen, is noch te Brest, een deel te Rochelle, doch maect gereedschap om te vertrecken. Vijfduizent soldaten uit Bretagne werden te Calis verwacht. Ick meen zij gaen nae den grave van Guebrian,Ga naar voetnoot10 hoewel in Engelant daervoor ende voor eenige uit Schotlant werdt gevreest. Den marescal Horn is wederom te Lindau.Ga naar voetnoot11 Ick hoop de zaecke nu beter gelucken zal als voor dezen. Dat den keizer | |
in de zaecke van de vrede wat terugge gaet, comt omdat hij verzeeckert is van de zijde van den Turck,Ga naar voetnoot12 Lunenburg tot zich crijghtGa naar voetnoot13 ende groote macht van volck verzamelt. Advysen uit Aleppo zeggen dat de Hollanders Ceilon in Oost-Indië hebben becoomen. Gil d'HaesGa naar voetnoot14 gaet met drieduizent man gelicht uit Zel ende naegelegene quartieren nae 't lant van Colen. Te Milan is een oproer geweest, oock te Nizza. 29 Maert 1642. | |
In dorso schreef Reigersberch: Broeder de Groot, den 29 Martii 1642 uyt Paris. |
|