Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 13
(1990)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd5561. 1642 januari 18. Aan N. van Reigersberch.Ga naar voetnoot1Mijnheer, 't Schijnt de coninginne van den coning heeft afgebeden de reise nae de frontiere van Spaegnie, zooveel haere persoon aengaet, den coning blijvende bij de resolutie om derrewaert te gaen. Men spreeckt veel van een huwelijck van den hertogh van Longueville met de dochter van den prins van Condé.Ga naar voetnoot2 Wij verstaen dat in de forten voor Hohentwiel niet meer en zijn gebleven als zeshondert man ende dat de Fransche ruiterie haer daerontrent toont om in te brengen dat noodigh zoude zijn. De Spaensche pensioenen beginnen oock in Switzerlant te manqueren, de Franschen gaen beter ende bij consequentie oock de Fransche lichtingen, hoewel Schaffhuize nae zijnde bij die van Oostenrijck noch wat zwaericheit maeckt, welcke zaecke, zoo die duirt, light bij de roomsche cantons tot pretext zal werden aengenomen. De Grisons hebben een vergadering te CoireGa naar voetnoot3 | |
[pagina 39]
| |
Ga naar voetnoot3 over het stuck van de Engadine. | |
Van de Iersche beroerte werdt alhier geoordeelt dat dezelve apparent zijn te duiren, alzoo bij het interest van de religie, dat veele personen in dat landt aengaet, werdt gevoecht een interest, dat ydereen raeckt, om niet te dependeren van een ander rijck, waerbij zij oock zoecken den coning van Groot-Bretangne te interesseren, haer verbindende bij den eedt van haer verbont tot voorstant van des conings hoocheit ofte prerogative, om alle welcke ende meer andere redenen men meent dat den churfurst palsgraef reden heeft om zich in dat oorlogh niet licht te laeten engageren.Ga naar voetnoot4 Indien het waer is dat Angola is becomen bij de Hollanders,Ga naar voetnoot5 zal te zien staen off zulcx is geschiet voor ofte nae de approbatie van het tractaet van trefves tuschen Portugael ende Hollant.Ga naar voetnoot6 Ick meen vóór, ende dat zulcx die conqueste aen de Hollanders zal blijven. 18 Ianuarii 1642.
Den prins van Condé is hier gecomen om in absentie van den coning hooft te zijn van des conincx raedt. Den marescal de La MilleraiGa naar voetnoot7 gaet met trouppes vooruit daer den coning zal volgen. Den hertogh van EspernonGa naar voetnoot8 is gestorven. Hertogh CarelGa naar voetnoot9 blijft bij de Sare. Eenige van de zijnen zijn bij de Triersche boeren qualijck getracteert. Bij Hohentwiel bouwt den vijant een royael fort. 't Fort Argillers in Roussillon is bij de Spaegnaerden becomen.Ga naar voetnoot10 De Fransoisen aldaer verwachten eenige cavallerie uit Languedoc ende zeggen dat zij dan Perpignan met gewelt willen aentasten. Wij verstaen dat de Turcken 't fort Tamas in HongrieGa naar voetnoot11 hebben gedemolieert ende Buda ende andere frontiersteden voorzien van allerhande amonitie. | |
In dorso schreef Reigersberch: Broeder de Groot, den 18 Ianu. 1642 uyt Paris. |
|