Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 8
(1971)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermdBijlage no. 9 Bij no. 3219
| |
dat ooge op het lant van Francken heeft, aldaer sij de stat Hanou tot eene re... te hebben kon. Men schrijft, dat de gansche armee m/20 soude sterc sijn. Johan de WaertGa naar voetnoot1 was noch niet den Rijn gepasseert, sijne troupen lagen om. ijnhausen tegens Speyr over. Den 12 deses bevont hij sich met den marquis de StrauzGa naar voetnoot2 ende den gouverneur van Philipsbourgh, den colonel BambergenGa naar voetnoot3 binnen Worms om chrijchsraet te houden. De handelinge met die van Hanau blijft noch steken sonder te avanceren; de meeste stemmen gaen tot de blockeringe, maer die mochten nu wel haest veranderen. De lantgrave van DarmstadtGa naar voetnoot4 wil daermede niet te doen hebben vóór met sijnen cousijn, den heere lantgrave WilhelmGa naar voetnoot5 vergeleken te sijn. Gisteren passeerde hyerdoor een trompetter gedepeescheert van de Münsterschen maerschalckGa naar voetnoot6 tot den cheurvoorst van CeulenGa naar voetnoot7, die refereerde, dat de Hessische armee op de Stadt Berge om de stadt te belegeren toe troc. Van de comste van GötzGa naar voetnoot8 met sijne 15 regymenten verneem ic niet sekers; ic verneme niet, datter yet aen sij. Hyermede mij recommanderende in uE. goede gratie blijve altoos, mijnheer, Vuyt Ceulen, desen 15 augusti 1637. Bilderbeeck. |
|