Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 7
(1969)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd2725. 1636 augustus 25. Van N. van ReigersberchGa naar voetnoot4.Lange jaren is'er iets op de stadt Vlissingen gebrouwen geweest, waarvan men altijdt achterdenken heeft gehadt, ook eenige verdagt zijn geweest, zelfs een genaamt FloranGa naar voetnoot5, tevoren bij monsr. de SoubiseGa naar voetnoot6 ten dienste van Rochelle gebruikt, in de gevankenisse gestelt. Maar de waarheit heeft men nu eerst ontdekt. Geduurende de gevankenisse van den admiraal CollaartGa naar voetnoot7 binnen Middelburg is door intelligentie en correspondentie van eenen La MotteGa naar voetnoot8 | |
[pagina 344]
| |
Ga naar voetnoot8, Fransman van | |
geboorte, voor dezen gevaren hebbende op de vrije nering en nu bij de kruicers als kapitein van een fregatte gebruikt, de aanslag gearresteert. En de meening is geweest denzelven den veertienden van deze maandt ter uitvoering te leggen. La Motte, woonagtig te Vlissingen, had zijn vrouw onder voorwendsel van quade menagie van zich doen gaan, die in plaats van naar Hollandt te reizen zich naar Brabant had begeven. Hij zelf in zee sijnde gemant onder andere met twintig Duinkerksche matroozen, die veinsden hier in dienst te willen blijven, had zich bij daartoe gestelde schepen in zee door die van Duinkerken laten nemen ontrent den tijdt, dat het dessein moest worden geëxecuteert. Vier van des vyands fregatten zouden nevens de zijne zich hebben gevoegt om dit werk te volvoeren. Gezamentlijk waren die vijf fregatten gemant met twee duizent mannen, alle uitgelezen volk, Yren en Bourgonjons, van Duinkerken t'zeil gegaan om het voornemen te volvoeren. Dan of het quade weder of, gelijk meer apparentie heeft, omdat het Zeeuwsche esquader, gecommandeert door Jan EvertzeGa naar voetnoot1, deze vijf fregatten hadde ontdekt en dezelve vervolgde, daarom te Ostende heeft doen inlopen, ofte dat het volk te zeeziek was, gelijk velen meenen, zij hun voornemen niet hebben durven continueren: zoo veel ist, dat wij dat groote gevaar zijn ontkomen, hetwelk anders getenteert of geëxecuteert zouden zijn geweest, eer men eenige advertentie daarvan hadde en ten tijde, dat de stadt Vlissingen t'eenemaal van alle guarnisoen was ontbloot. Des Zondags na den Zaturdag, die tot de uitvoering was geschikt, is het eerste advys hier gebragt bij een jongen, die als kajuitwagter op La Motte heeft gedient, die alles, in zee in de kajuit dienende, hebbende verstaan, te Ostende inkomende zich heeft verdonkert en zoo over Sluis de particulariteiten hier heeft gebragt. Het dessein was, dat La Motte brengende met zich een fregatte als op den vijandt verovert regelregt op den middag de nieuwe haven zoude inloopen en de drie andere schepen zouden van verre hebben gevolgt. Het Oranje bolwerk met den kruittoren hadden zij voor eerst te vermeesteren. Eenigen in de stadt woonachtig wisten van het dessein, onder andere een, die aangenomen hadde het geschut te vernagelen. Dat de vijandt iets op Zeelandt voorhadt, was wel geadviseert, maar men meende het op Zirikzee was gemunt, waarnaartoe drie kompagniën waren gezonden. Van Vlissingen was geen vermoeden en de stadt t'eenemaal van bootsvolk onvoorzien; zoodat Godt zonderling is te danken, dat hij deze aanslag heeft gebroken. La Motte heeft dit lang in den zin gehad, en eerst in des vijands dienst geweest, vandaar zich met den woon gestelt tot Amsterdam, en met een ample attestatie van de Fransche kerk gekomen tot Vlissingen, alwaar lang heimelijk met Spanje heeft intelligentie gehadt en daarvan gelt getrokken; totdat zij met | |
Collaert, ter gelegentheit hij tot Middelburgh gevangen heeft gezeten, den aanslag hebben beraamt. Floran is te voren, na men nu bevint, tot zijn onschult gevangen geweest. Want de advertentiën niet op hem, maar op de gemelde La Motte hebben gezien. Ook word Floran, een man van couragie, als kapitein op een oorlogschip op de Mase gebruikt. |
|