Het nieuwe Hoornse speel-werck
(1732)–C. Groenveld, Pieter IJsbrand van der Hof, C.G. Kleyn– Auteursrechtvrij
[pagina 236]
| |
Oft zoo het konnen zal mijn geest vermaak toevoegen,
'T moet wezen, als uw stem, zoo lieffelijk en zoet,
Alleen gehoort wort. Door dat kitt' lend zielgenoegen,
Wordt al de moeilijkheit des swijgens weer vergoedt.
Uit dat gezielt geluit, weet ick mijn vreught te visschen.
Maar t' wijl mijn aandagt in uw zingenszoetheit baadt,
Zal mijn geheugenis in 't tellen moeten missen,
En ik het heel party doen dwalen van de maat.
|
|