Briefwisseling J. Greshoff - A.A.M. Stols

367. A.A.M. Stols aan J. Greshoff, 9 april 1936¹

[Maastricht] 9-4-36

Beste Jan,

Dank je zeer voor je brief van 7/4. Het is helaas erg jammer van die Minora. Weet je nog dat ik je er destijds al iets over zei bij Nijkerk? Maar je dacht dat het in orde was. Ik vrees dat het blokje (dat nog bij John is) zal moeten worden overgesneden. Het merkje voor de titelpagina heb ik nog niet.

Nog even dit: op den band van Binnendijk² komt toch zijn handteekening in goud, nietwaar? Ik liet er een stempel van maken. Uit een brief van Nijkerk meen ik te begrijpen dat hij iets anders ermee voorheeft. Maar wat?

Voor ex. op Antique de Luxe van je Gedichten wordt gezorgd.³³ Er was geen beter papier op 82 × 104 te krijgen! Maar het wordt toch mooi.

Dank je bij voorbaat voor de Rebuten. Ik hoor overal dat Boucher woedend is over de uitgave der Gedichten in de Kaleidoscoop. Waarom heeft hij het dan niet gedaan?⁴

Greet is nog tot morgen in Bussum, komt dan met mijn zwager Frans⁵ hier, die daarna naar Indië gaat. Eva en Sander⁶ zijn hier, Fransje⁷ bij zijn moeder.

Zeker iemand hier op kantoor⁸ probeert me ontzettend op de zenuwen te werken.

1 Geschreven op briefpapier van A.A.M. Stols' Uitgeversmaatschappij n.v. Directeuren: A.A.M. Stols & R.W. Haentjens Dekker. Groote Looiersstraat 28, Maastricht.

2 Op elk deel van de reeks Ursa Minor is op het voorplat de handtekening van de auteur van het betreffende deel geplaatst.

3 Buiten de gewone oplage van Gedichten 1907-1936 heeft Stols enkele exemplaren op geschept papier laten drukken. (Zie voor Greshoffs eigen exemplaar, veilingcat. J.L. Beijers (Utrecht) 23 juni 1981, nr.340.)

3 [Errata] Op 22 september zou Stols aan F.V. Toussaint van Boelaere schrijven: ‘Wij drukken geen luxe-exemplaren van deeltjes uit de Kaleidoscoop. Alleen voor Greshoff's Gedichten hebben wij er een vijftal opgelegd.’

4 In oktober 1935 had Greshoff overwogen geheel met L.J.C. Boucher te breken vanwege diens associatie met H.J. Bakker Niemeyer, ‘een “eigenwijs stuk stront van een burgerman”’ zoals E. du Perron hem na Greshoffs mededeling over de voorgenomen breuk in een brief noemde. (E. du Perron, Brieven (ed. Piet Delen et al.), dl.5, Amsterdam 1979, p. 442.) Niemeyer was mede-directeur van Bouchers uitgeverij van 1933 tot 1939. Mogelijk dat Bouchers woede met deze affaire te maken had.
Daarnaast had Boucher in juli 1935 zelf plannen voor een herdruk van Gedichten 1907-1934 gehad. Overigens had Boucher in een brief van 26 februari aan Greshoff erkend dat Greshoff geheel vrij was deze herdruk elders te plaatsen. (Zie br.327 n.2.)

5 Frans Jan Kroesen (geb. 1914) was marine-officier en zou in juni naar Nederlands-Indië vertrekken, waar hij tot juli 1939 verbleef. (Tel. med. F.J. Kroesen.)

6 Alexander Lodewijk Hubertus Stols (geb. 1931).

7 Frans Jan Stols (geb. 1933).

8 Bedoeld is R.W. Haentjens Dekker.

[p. 256]

Welke booze geest heeft me aan die man gekoppeld? Het is om in een gesticht terecht te komen. Imbeciel, onpractisch en wat je maar wil.

Met hartelijk groeten ook voor Aty

je

Sander