Briefwisseling J. Greshoff - A.A.M. Stols

341. J. Greshoff aan A.A.M. Stols, 31 december 1935¹

[Schaerbeek] 31/12 '35

Beste Sander,

Wat zonde, dat je mij geen doorslag gestuurd hebt.² Bob is uit en nu zal ik mijn nieuwsgierigheid nog dagen lang moeten beteugelen! Kom gauw praten, want we zouden er graag een béétje voortgang mee maken. En 20 jan ga ik al naar Lutetia.³ Marsman die hier zou komen van 1-8 jan, komt niet. Rien is ziek.⁴

Verder géén nieuws. De allerliefste wenschen van en voor allen gaan hierbij retour. Gezondheid en een beetje succes!

1 Geschreven op briefpapier met alleen adresaanduiding B^d.Aug.Reyers 130, Schaerbeek.

2 Bedoeld was een doorslag van de brief die Stols op 30 december aan M.B.B. Nijkerk over de reeks Ursa Minor had gezonden. (Zie br.340 n.3.)

3 Van 20 januari tot 20 februari 1936 verbleven Jan en Aty Greshoff te Parijs.

4 Op 8 december had H. Marsman aan Greshoff geschreven van 1-7 januari 1936 te komen logeren. Op 30 december schreef hij echter: ‘Ik heb geen goed nieuws: R.[ien] voelt zich al een week lang niet goed [...]. Wij kunnen dus Woensdag niet komen, helaas.’ In de zomer van 1936 zou Marsman zich in het Belgische dorp Aubry in de nabijheid van Brussel vestigen.

[p. 241]

De proeven⁵ gaan van mij naar Pannekoek, die ze direct aan jou terug stuurt. Dag! Veel hartelijks ook van ga tot ga

geheel je

Jan

5 De proeven van Gedichten 1907-1936. (Zie br.339 n.2.)