Briefwisseling J. Greshoff - A.A.M. Stols

98. J. Greshoff aan A.A.M. Stols, 14 februari 1924¹

[Arnhem] 14.2.24

Gel. Z.

Ik schrijf je dadelijk nog maar even.

Laten wij nu verstandig zijn en een werk niet op zij zetten om dat het niet al te omvangrijk is. Het geldt hier een van de mooiste stukken proza van dezen tijd, daarover is ieder het eens.

1 Geschreven op briefpapier van J. Greshoff, Burg. Weertsstraat 45, Arnhem.

[p. 71]

Maar maak er dan een aparte editie van!² Als het er fraai uitziet is het succes zoo zeker als van de Br. zoeker.³

Heb je het eigenlijk wel ooit gelezen!

Dat zou een fout in je opvoeding zijn.

Ik stuur het je, maar ik moet het spoedigst terug hè.

Veel liefs van ons allen

Jan

2 De afspraak van A. Roland Holst zou niet, zoals oorspronkelijk het voorstel van Greshoff was, als deel 9 in de reeks De Schatkamer verschijnen, maar als elfde uitgave van Trajectum ad Mosam. In deze uitgave telde De afspraak 78 pagina's; Overpeinzingen van een bramenzoeker van R.N. Roland Holst (zie n.3) telde 122 pagina's.

3 In november 1923 was bij Palladium Overpeinzingen van een bramenzoeker door R.N. Roland Holst verschenen. Het boekje was in een oplage van 150 exemplaren onder leiding van J. van Krimpen gedrukt bij G.J. van Amerongen & Co te Amersfoort. In elk geval in 1925, maar wellicht eerder was het boekje uitverkocht. (Vgl. G.H. Pannekoek Jr., De herleving van de Nederlandsche boekdrukkunst sedert 1910, Maastricht 1925, p. 33.)