Kent uw dichters!(1932)–Jan Greshoff– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 44] [p. 44] Jan H. Eekhout. De waanzinnige. 'k Heb hard om God gebeden, en Hij kwam - Drong plots zich driftig in mijn felle zinnen Als wilde Hij in mij opnieuw beginnen Zichzelf, nu het al losbrak uit den ban Van een zoo groot, roofzuchtig haast, beminnen - Sindsdien laait onophoudelijk in mij van Zijn vreemd Bestaan de folterende vlam, Doch kan Hij mij, noch ik Hem overwinnen - Eén was die zag hoe Hij in mij ging wijken, En daarom bracht men God en mij te samen In dit grafnauw en beendernaakt vertrek - Hier zullen vechten wij tot wij bezwijken, Gillend verward dooreen elkanders namen, Scheldend elkander schaamteloos voor gek. Uit: ‘Doolagiën’. A.A.M. Stols, Maastricht. Vorige Volgende