Op de swaan.
De Geloovige in haaren Zuyveren wandel voor God, konnen te regt, door de Zuyver witte Swaan, zingende haar Lykzang (gelyk 'er de Poeeten van schryven) afgebeeld worden; want, de zuyvere en onbevlekte Godsdienst voor G[o]d ende den Vader is deeze, Weeduwen en weezen bezoeken in haare verdrukkinge, ende hem zelve onbesmet bewaren van de Wereld. Ja[c].1.v.27. het geene de opregte Geloovigen eigen is, als werdende door Gods Geest geleid in alle Wysheid en Geestelyk verstand. Col.1.v.9. de Wysheid die van booven is, die is ten eersten Zuyver, daar na vreedzaam, Bescheiden, Gezeggelyk, v[o]l van Barmhertigheid ende van goede vrugten, niet partydelijk oordeelende, ende ongeveinsd. Jac.3.17. dog helaas! als wy na Petri Lesse, onderzoekt u zelven of gy in het Geloove zyt, beproefd u zelven. Of kend gy u zelven niet, dat Jezus Christus in u is? 2Cor.13.v.5. ons gaan onderzoeken, hoe swak zullen wy ons bevinden! moogende zeggen, de Geest is wel gewillig, maar het Vleesch is swak. Math.14.v.38. en uytroepen, als onze Swaane-Zang ik Elendig Mensche! wie zal my verlossen uyt het Lichaam dezes Doods? Rom.6.v.24. die waarlyk aldus treuren en met haar zelven verleegen zyn, geefd Jacobus deeze Raad, Naaket tot God, ende hy zal tot u naaken; Reinigd de Handen gy Zondaars, ende zuyverd de Herten gy dubbelhertig[e], draagd u als Elendige, ende treurd ende weend, uw Lachen worde veranderd in treuren, ende uw blydschap in droefheid, verneederd u voor den Heere, ende hy zal u verhoogen. Jac.4.v.8.
Die hier (in zuyver Swaanen-wit)
Een onbevlekte Ziel bezit;
Werd nu met Jozeph wel gehoond,
Dog namaals heerlyker gekroond.