Op den mieren-eeter.
HEt dier Tamandua in Brazil, en by ons Mieren-eeter genaamd, heeft een lange ronde Tong, als een dikke Bas-snaar, dewelke het steekt in de nesten der Mieren, waar aan dezelve gaan zitten, en door het schielyk inhalen der Tonge van hem worden ingeslokt: wat zijnder thans, onder de Menschen, veele die men met regt Mieren-eeters mag noemen: nadien zy door haar loze Tong den Arbeidzamen, en eenvoudigen, als Mieren op eten; het zy met hen haare Arbeidsloonen te beknibbelen, ofte in Regte, en daar buyten, door de loosheid van een Vleijende of Bedrieglijke Tonge te verderven, daar duyzende kunsjes op zijn, om zig van eens anders Bloed en Sweet te voeden: David zegt van de zulken zy mergelen de lieden uyt, zy spreeken Booslijk van Verdrukkinge. Psalm.73.v.9. Die haare Tongen scherpen als een Swaard, een bitter Woord aanleggen als haare Pylen, Psalm.64.v.4. Uwe Tonge denkt enkel schade: als een gesleepen scheermes, werkende bedrog, gy hebt het kwade liever dan het Goede, de Leugen dan de Geregtigheid te spreeken, Sela! gy hebt Lief alle woorden van verslindinge, ende en Tonge des bedrogs. Psalm.52.v.4. uwen Mond slaat gy in 't kwade, ende uwe Tonge koppeld bedrog, gy zit, gy spreekt teegen uwen Broeder, teegen den Zoone uwer Moeder geeft gy Lasteringe uyt[.] Deeze dinge doet gy, ende ik swyge: gy meind dat ik t'eenemaal ben als gy: ik zal u straffen en zal het ordentelijk voor uwe Oogen stellen. Verstaat dit dog gy God vergeetende: op dat ik niet verscheure, ende niemand redde. Spreekt God. Psalm 50.v.19.
O Boosheid van een Looze Tong,
Wat doed gy meenig Wolven-sprong!
Gy veinsd, gy liegd, verraad'er by,
Uw List strekt meest tot schraapery.