Het speet Line's mama erg, toen zij zag dat de vriendinnetjes gedurig boos waren op haar kind, en ze zeide dikwijls: ‘och, Line, breng toch niet altijd alles aan. Ge zult maken dat niemand meer van je houdt,’ maar jawel! Line luisterde niet naar den goeden raad en haastte zich steeds om alles te verklikken.
Eens op een morgen kwam zij half buiten adem de kamer ingehold en zeide, terwijl zij hare schort liet kijken, waarop een groote inktvlak was: ‘Mama, mama, kijk eens! Dat heeft Arnold gedaan. Hij nam de pen met opzet vol inkt....’
Hare moeder liet haar niet uitpraten, maar antwoordde dadelijk: ‘de inkt is gelukkig nog nat. Ga spoedig naar de keuken en vraag of Suse er de vlek wil uitmaken met wat zoete melk.’
‘Arnold deed het, geloof ik, met opzet,’ vertelde Line.
‘Dat geloof ik niet, Line,’ hernam de moeder, ‘maar weet je wat ik wel geloof?’
‘Wat dan, mama?’ vroeg Line.
De moeder wenkte het meisje om dichter bij haar te komen en fluisterde haar toen in het oor: ‘dat gij met opzet klikt.’
Line kreeg een kleur. ‘Zou het je nu zoo heel veel pleizier doen, als ik Arnold beknorde of strafte?’ vroeg hare moeder.
Och neen, daar was het Line niet om te doen. Ze hield veel van haar broertje en ze zag niet gaarne dat hij straf kreeg. Ze wilde maar alleen dat hare moeder zou weten hoe het gekomen was.
‘Nu, maar ik weet al genoeg als ik de vlek zie,’ verzekerde de moeder, ‘en,’ liet zij er ernstig op volgen, ‘ik zie nog liever de geheele schort vol inkt, dan dat ik mijn kind hoor klikken. Maar ga nu spoedig naar Suse, anders droogt de inkt er in en dan gaat de vlek er niet gemakkelijk weer uit.’
Line ging naar de keuken, doch dacht zoo weinig na over de les harer moeder, dat het eerste woord, dat zij tegen Suse zeide, waarlijk al weer was: ‘Och, Suse, wil je die vlek uit mijn schort maken? Die heeft Arnold er op gegooid.’
‘Jawel, kind,’ zeide Suse kortaf. Ze maakte nooit veel praatjes. Ze doopte de vlek in zoete melk en waschte die toen nog een paar malen uit. ‘Ziezoo, nu maar verder voorzichtig met de inkt,’ ried zij, terwijl zij Line de schort weer voor deed.
‘Ik ben altijd voorzichtig,’ begon Line, doch Suse was al weer verdwenen en dus kon zij niet meer hooren dat Arnold zoo lomp en onvoorzichtig was, iets dat Line haar anders dol graag nog even had verteld.
Arnold kreeg geen straf, maar toen hij Line tegenkwam, riep hij: ‘klikspaan! klikspaan!’ en dat vond Line niet prettig.
Zij verbeterde zich echter nog niet, en als we alles wilden vertellen, wat zij zoo van tijd tot tijd aanbracht, zouden we er wel twee zulke boeken mee kunnen vullen.
We doen dat evenwel niet, want het is al lang geleden en Line is nu voor goed genezen. Ze heeft er dit geheele jaar verdriet over gehad.