Zij zingen(1928)–Willem Gijssels– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 28] [p. 28] Sparen 's Winters krast de zwarte raaf Over 't dorre veld: ‘Spaar of anders wordt ge slaaf, En voor mets geteld! Ziet dat ge uwen lentetijd Niet als rook verliest, Of ge smeekt om medelijd' Als het krakend vriest!’ ‘Sparen, hee, 't is gauw gezegd, Maar met gauw gedaan; 'k Heb het mij toch opgelegd En 't begint te gaan’. ‘Als mijn spaarpot iets verzwaart, Of 't me vreugde baart! Wie het kleine niet vergaart, Is het groote met waard!’ Vorige Volgende