Dichtwerken (deel 1 en 2)(1949-1950)–Guido Gezelle– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [o Schoone roos] o Schoone roos die buiten alle grenzen van lieflijkheid en tooverlonken lacht toch zijt gij broos en zult welhaast verslenzen Kom sta en blijf en leef mij in 't gedacht daar zult gij vrij van duur en onbedorven herspiegeld in 't geheugen mij voortaan verheugen zij uw stam alreeds gestorven en speel' de wind verwentlend in uw blaân. April 1878(?) Vorige Volgende