Dichtwerken (deel 1 en 2)(1949-1950)–Guido Gezelle– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende Standvastigheid Hoort gij ginds de baren klotsen rond de kruin dier oude rotsen? Ziet hoe zij onwrikbaar staan; trots de stormen, trots 't orkaan, nu door 't stijgen van de golven, dan bestraald door zonnegloed, schittrend op den effen vloed. - Sta, o sterfling! als die rotsen, hoe des werelds baren klotsen; sta als zij steeds onverwrikt, door geen noodorkaan verschrikt. Komt het wee soms met zijn dolken, schuilt uw heilzon achter wolken, waar het leed u uit omstroomt, moed, o sterfling, niet geschroomd! Dra doen zachte westewinden, stormen en orkaan verzwinden; dra beglanst u zonnegloed op den effen wereldvloed. 1856 Vorige Volgende