Dichtwerken (deel 1 en 2)(1949-1950)–Guido Gezelle– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [o Zuster, nu zijt gij] o Zuster, nu zijt gij zoo verre al boven mij; door Gods bezoek, verheven; dat ik niet laten kan vooreerst den lof daarvan aan God alleen te geven. Dan wensche ik: wilt voortaan den weg mij voorengaan door 's werelds wenteldreven, en bidden, zuster, dat mijn name, op 't zelfste blad naast uwen naam geschreven, vergeten hier misschien maar God bekend, nadien moge eeuwig blijven leven! 10 Mrt 1881 Vorige Volgende