Dichtwerken (deel 1 en 2)
(1949-1950)–Guido Gezelle– Auteursrecht onbekend
[pagina 491]
| |
hij pakt, hij pikt, hij dringt, hij draait
het sperkelend graan ten gronde:
en 's navonds late, als 't westen gloeit,
hij heft zijn hoofd omhooge,
en 't slagveld, maar dat zonder bloed,
verheugt zijn dankende ooge.
1859 |
|