Een nieu gheestelijck lietboecxken, twelck noch noyt in druck gheweest en is wt den Ouden ende Nieuwen Testament ghemaeckt
(voor 1592)–Soetken Gerijts– Auteursrechtvrij
[pagina 155]
| |
In prouinghe twist oproeren. Ga naar margenoot+
2 Een liet moet ick v schencken
Al is mijn wijsheyt cleyn
Mijn wensch is wilt ghedencken
Al met gods knechten ghemeyn,
So moet ick nae v begheren
V schencken een liet, wt liefden siet
Tot lof en prijs des Heeren.
3 Wiens eyghendom wy zijn claerlijck
Tot lof zijnder heerlijcheyt Ga naar margenoot+
Oock dat wy souden eenpaerlijck
Vercondighen die duechden breyt
Van hem die ons heeft geroepen Ga naar margenoot+
Wt duysternis, int licht ghewis,
Den camp verduldich loopen.
4 Den Camp den strijt aenueerden
Die ons is voor gheleyt
Wy zijn van deser aerden Ga naar margenoot+
Ghecocht so die schrift seyt
Vercoren wt alle gheslachten
Tlam nae te gaen, wilt dit verstaen
Elck mach zijn roeping achten Ga naar margenoot+
5 Christus ghemeente gepresen
Moet heylich onstraffelijck zijn Ga naar margenoot+
Die dienaers binnen desen
Een voorbeelt den gheloouigen fijn
| |
[pagina 156]
| |
Ga naar margenoot+ So Paulus heeft beschreuen
O broeder hoort, gaet also voort
Ga naar margenoot+ Wie mach hem seluen leuen.
6 Wy zijn, men cant bewijsen
Ga naar margenoot+ Ghecoft duer so ick raem
Waerom wy moeten prijsen
Godt al met ons lichaem
Ende geest wilt dit wel weghen
Die beyde hoort dit, godt die hooch sit
Behooren toe zijn eyghen.
7 Den druck wilt Paulus hooren
Ga naar margenoot+ Die acht hy tijtelijck licht
Die brengt een vruechde vooren
Ga naar margenoot+ Van ouer matighe wicht
Vreest geen houeerdich rasen
Wilt die trompet, na v gaue net
Toch met ootmoedicheyt blasen.
8 Nu wil ick v beuelen
Den Heere ghebenedijt
Die wil v zijn gracy delen
In desen quaden tijt
Ga naar margenoot+ Een licht te zijn, zijn scharen
Die Heer wil v, ten eynde toe nu
Ga naar margenoot+ Van ydele eer bewaren.
|
|