Nagelaten brieven

Brief no. 136 Aan G.J. de Clercq

Datum: 25 november 1857

uba

Beste Vriend,

vooreerst dank ik U voor Uw trouw en broederlijk schrijven op 21 Nov.^1. en ten tweede wensch ik U van harte geluk, met den Doop Uwer kleine dochter^2.,

1. Verjaardag van de dichter.

2. Marghérite Caroline.

[p. 114]

waarbij ik Zondag-avond in den geest ben tegenwoordig geweest - ik had het wel anders gewild - God biddende, dat Hij haar zegene en naar die ‘lieve Grootmoeder’^3. doe gelijken, wier naam zij draagt. Nomen fit omen - mag hier wel gezegd worden en iemand, die, als Gij, de eer heeft met zooveel geleerden en letterkundigen te verkeeren mag ook wel weten wat dat Latijn beteekent.

Ik houd nog steeds mijn kamer, doch sterk zeer merkwaardig aan en draag mijn kruisjen met stilte en blijmoedigheid. Te midden van zooveel zegen mag dat dan waarachtig ook wel. Vrouw en kinderen zijn gantsch heerlijk en kleine Ina-Dina is bepaald een zeer aardige verschijning. Jetjen Starck - een gezicht dat mij altijd goed doet - is nu bij ons en we leiden een recht gezellig leven. De Studeerkamer is gewijd tot Avond-huiskamer, daar tegen half zeven het gantsche gezin heentrekt, om thee te drinken en verder tot half twaalf verblijft, om te zorgen, dat de Man zich volstrekt niet ‘inspant’. Deze schikking is getroffen onder eéne groote voorwaarde dat Jetjen mij, als ik wat zit te krabbelen, nooit of te nimmer mag vragen: Wat doe je? of Maak je een vaersjen? of diergelijke. Het bevalt mij - ons - uitnemend en ge moet eens komen kijken hoe knusjens en elegant en comfortable alles is ingericht. Ik nu speel dan s'avonds tot een uur of acht, schaak - of kasteeltjen en voer de rest van den avond niets anders uit dan - rijmen en dichten, met veel succes. Hoe zal het nu verder gaan? De Kerkeraad heeft mij verzocht om de 14 dagen te preêken en aangeboden verder in de andere beurten te voorzien. Ik geloof dat ik beproeven ga, hoe mij dit, met algeheele verandering van leefwijze, bevallen zal. Een moreele band is goed voor mij. Van tijd tot tijd preêken - van eens in de 14 dagen zullen wij somtijds eéns in de maand maken - is behoefte en genot voor mij - evenzeer als het geen behoefte voor mij is Zondag aan Zondag; om reden dat ik den geliefden Toeh. niet altijd wat te zeggen heb - en ook, omdat het mij afmoordt, naar ziel en lichaam. Maar tot een vast besluit ben ik nog niet gekomen. Zondag over acht dagen, wenschte ik gaarne onze jongste te doopen. Mijn krachten zouden het mij wel vergunnen thans, doch ik loop nog met een doek over 't hoofd naar beneden om te eten en dus is het zaak, dat wij eerst nog wat wennen aan de lucht. Sinds verleden Vrijdag ben ik anders weêr begonnen te katechiseren, dat ik graag doe. Ziedaar nu een heel relaas. Wij zullen elkaer nog wel eens spreken, eer wij t'een en ander beslissen. Gij merkt genoeg dat mijn stemming niets ‘down’ is. Integendeel ik ben vol moed en vertrouwen ‘onvermoeid’.

Van Hubrecht ontfing ik op mijn verjaardag een besten brief. Zeg hem voorlopig dat zijne vriendschap mij een zoet genot bereidde en dat ik hem nader hope te andwoorden. - Vraag eens aan Lard 1^o of hij een Chr. Volks alm. present heeft gekregen, want, door mijn ongesteldheid verzuimde ik v. Kampen te waarschuwen wie A.P. was.

2e of hij 27 Dec. zijne vrijbeurt heeft en dan voor mij zou kunnen preêken? Doch hij moet zijne reiskosten later vergoeden.

Als ik weer losgelaten word koom ik natuurlijk eens spoedig te Rotterdam. Blijft Uw Moeder nog een poosjen? Ik zou Haar zoo heel gaarne ontmoeten. Als ge eens een lettertjen schrijft meldt mij dan nogmaals of zusjen Goos 14 of 17 Dec. jarig is; maar 't hoeft niet, ik kan het wel ‘nakijken’ valt mij in.

Suze schreef ons dat zij verhuizen gaat. Ik dank er den Hemel voor, want met haar arme kinderen zou ze op dat Lapinenburg van den winter het bar hebben. Van Adriaan hoorde ik in lange niets. Katoen ‘stil’ lees ik in den koerant.

3. Carolina Ch. de Clercq-Boissevain.

[p. 115]

Groet al de Uwen: uw lieve Moeder en vrouw en dochtertjen. Breng den Vrinden onze groeten. En wees met Uw huis^4., gezegend, door

Uw liefh.

P.A. de G.

Adres: Weledelen Heeren Gideon de Clercq
adres: Van Oord en de Clercq
Makelaar
Wolfshoek
Rotterdam.

4. Waarschijnlijk te Hillegom; Stephen de Clercq heeft in 1855 grond gekocht aan de rand van de juist drooggemaakte Haarlemmermeer. Zie de Clercq, 1906.