Nagelaten brieven
(1976)–P.A. de Génestet– Auteursrechtelijk beschermdBrief no. 68 Aan A.C. KrusemanDatum: [Dec. 1854]Ga naar eind* ubl
Waarde Heer en Vriend,
t'Is mij - tot mijn spijt - indedaad onmogelijk met een oprecht hart U dank te zeggen voor de toezending van verl. week. Slechts voor Uw goede bedoeling dank ik U - oprecht. Maar wat moet, wat zal ik doen met al die portrettenGa naar eind1., die ik niemand geven, en niemand die mij lief heeft, van mij hebben wil - Doch laat ons daarover zwijgen. Mijn toon kreeg licht eenige bitterheid - die wezentlijk jegens U niet in mijn hart is, want Gij zijt dupe even goed als ik. Eén ding toch, ik kan het U nu zeggen: laat ‘mén’ zich niet op de photografie door Ehnle gekorrigeerd, beroepen om te beweeren dat het portret, de gravure goed is. De fotografie is heel anders: v. den Bergh en ik hebben de dingen naast elkaer gelegd - het verschil is ontzaggelijk. Oòk heeft de fotografie veler goedkeuring en bijna de mijne. Doch andermaal, geen woord schrift meer over | |
[pagina 58]
| |
die nare historie. Mag ik U vriendelijk verzoeken, mij eenige afdrukjens te willen zenden van: ‘Ervaring’Ga naar eind2. maar - zonder portret s.v.p. Ontfang nogmaals mijn dank voor Uwe zorgen en vriendelijkheid, betoond in de toezending van verl. week - En geloof mij, met hoogachting en Vriendschap, Uw dw. dr en Vr.
Delft
|
|