Brief no. 41 Aan G.J. de Clercq
Datum: 15 september 1853
uba
Beste Gideon,
Koomt Gij met Anna, de geliefde, aanst. Zondag 18 Sept. op Welgelegen den dag doorbrengen? Gij moogt, Gij kunt niet neen zeggen. Ik ben daar alzoó van overtuigd dat ik U maar een zeer kort briefjen schrijven zal, hoewel ik veel te zeggen en te bepraten heb. Zondag praten we àlles af. Dina geeft Uw Anna kennis van de Uitnodiging en Zaturdag hopen wij te vernemen met welken trein Gij denkt te komen. Laat het per eersten zijn. Ik ben wel - Maar heb van daag kiespijn en een dikke wang, die nu echter begint te dunnen - Maar 'k ben van de pijn zoo moê dat ik in slaap val. Morgen, hope ik, zal het wel over zijn. 't Vrouwtjen is in goeden welstand en Maria2 heerlijk. Voorts alles wel. Ik verlang allerverschrikkelijkst naar mijn besten Gideon en mijn lieve Anna en zij moeten mij, ons, spoedig gelukkig maken door un réponse favorable! Groet van Oordt en geloof mij met een kloppend hart
Uw hartelijk liefh
P.
Bloemendaal
15 Sept. Donderd.avond.
Auteursrechtelijk beschermd