De Witte Lely. Het tweede Bloem-beddeken.
Het waer-om.
Zyt niet verwondert dat ic voor, in mijn Herders-gesangh de namen van Coridon, en Filander, ghebruyct hebbe, en de nu wederom mijn Herderinnetjes, ben Amarillis, ende Galathea noemende: Want ick doen dat niet tot ontstichtinge, maer om beter de Herders, en Herderinnen uyt te beelden, dit u l. dan gewaerschout hebbende, sult haer (hoop ick) met aloo goeder herten ontfangen, als ickse u l. ben op dragende.