Het stuk werd dan ook tot het dingen naar Staats-premiën toegelaten.
Later kwam het met het werk ‘Jane Shore’ van den heer Frans Gittens in aanmerking voor den driejaarlijkschen prijs van tooneelletterkunde.
Lang duurde de strijd, lang liet zich de uitslag wachten. Maanden vóór de uitspraak hadden Antwerpsche en Brusselsche bladen echter reeds meermalen gemeld, dat de prijs aan ‘Jane Shore’ was toegekend.
De heer Emanuel Van Driessche, letterkundige te Elsene, aan wien wij ter gelegenheid van eene voordracht, die hij in Lokeren kwam geven, het aangekondigde nieuws mededeelden riep verbaasd uit: - Maar, dat is onmogelijk, alhoewel lid van de Jury weet ik daar niets van; onze vergadering van heden, waarin wellicht eene bepaalde beslissing zou genomen worden, is opzettelijk uit hoofde mijner gedwongene afwezigheid verdaagd. ‘C'est un ballon d'essai!’. Het voorbarige nieuws werd eindelijk toch bewaarheid.
Van waar toch, en met wat doel, die zonderlinge proefballonnetjes?
Maar sluiten wij de omschrijving.
Wat voorgaat had ons de zekerheid gegeven, dat er werkelijk iets goeds in ons werk lag en wij ons doel, de volksverlichting en de bevordering der moedertaal door het tooneel, ten deele bereikt hadden.
Gesteund vooral door het feit, dat ons werk onder de beste, van het driejaarlijksch tijdvak moest gerekend worden, daar de beslissing zóó lastig, zóó langdurig geweest was, rekenden wij zeker op het recht, het voorrecht, ons werk in onze groote schouwburgen te zien opvoeren.
Wij wachtten dan ook met ongeduld naar het verslag van de jury voor het 9de driejarig vak van tooneelletterkunde, ten einde, met dat stuk gewapend, aan de bestuurders onzer groote tooneelen ons werk aan te bieden en opvoeringen te verzoeken.
De prijskamp waaraan meestal onze tooneelschrijvers deel namen, is sedert jaren geëindigd, uitspraak is door de jury gedaan, de prijs toegekend en uitbetaald, maar.... het belangrijkste van al, het leerzame voor den schrijver, de wettigheid