Het lieffelyck orgel-pypken(1664)–J. G.– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 107] [p. 107] Sluyt-Liedeken. Stemme: Van Valencyn. 1. LIeve Iouffrouwen ghepresen, Eerst voor al Vrouw Priorin, Ick heb my verstout te wesen Vwe dienares hier in, Om uyt liefden reyn, V dit Boecksken kleyn, Op te draghen met ootmoet, Is 't dat u behaeght, Godt de eere waeght, Want van hem komt alle goet. 2. Laet u stemmekens toch spelen [pagina 108] [p. 108] Op dees pijpkens met playsier, En latet u niet verhelen, Eerst vindt ghy den Kersmis hier, En gaet voorder dan Tot het lijden van Vwen Salighmaker soet, Komt dan naer den Mey, Want in alle bey, Eert-men 't Kruys en 't dierbaer Bloet. 3. Tot de maeltijdt-feest des Heeren Van het heylich Sacrament, Vwe stemmekens wilt keeren, V dan tot Maria went, Singht daer t'haerder eer, Wt een liefde teer, [pagina 109] [p. 109] Hoort dan spreken uwen Godt, Die u klaer betoont, Hoe dat hy beloont, Die hier volghen sijn ghebodt. 4. Wilt u t'samen dan verblijden In het Liedt van Iubile, Siet hoe dat-men naer wel strijden, Wint voor eeuwigh peys en vre, Augustinus groot, V tot deughden noot, Nicolaus die bemint, Maer Teresa schoon, Die wijst u de kroon, Die volmaeckte liefde wint. 5. 'k Sluyt met Vespers en dry kluchten, [pagina 110] [p. 110] Want den mensch sommighen tijdt Van sijn soete minne-suchten Keeren moet tot neder-heydt, Goey ghenuchten siet, Godt noyt en verbiet, Eyndelijck neemt dit in danck, En uyt u ghebedt, My toch noyt en set, Wt reyn liefde, niet uyt dwanck. Vorige Volgende