Tweestemmige zangstukjes voor de jeugd
(1842)–A. Francken– Auteursrechtvrij
[pagina 40]
| |
[pagina 41]
| |
2.
Ziet dien man, in rijk gewaad,
Hij heeft geld en goed en vrinden;
Ja, hij leeft in overdaad,
Alles is bij hem te vinden.
Waarom heeft die man verdriet? -
Hij kent vergenoegdheid niet.
3.
Ziet den held! - Door volk en vorst
Wordt hem hulde en eer bewezen;
't Kruis van eer prijkt op zijn' borst;
Wat zal hij gelukkig wezen! -
Ach! hij kent 't genoegen niet,
Dat tevredenheid ons biedt.
4.
Ziet dien hooggeleerden heer!
Ieder schijnt hem hoog te roemen;
Allen twisten steeds om de eer
Hem zijn vriend te mogen noemen;
Maar toch gaat hij suf daarheen,
Want - ook hij is niet te vreên.
5.
Vergenoegdheid! hoogste goed!
Gij alleen doet ons genieten;
Gij alleen vertroost 't gemoed,
Als soms droeve tranen vlieten;
Woon dan in ons jong gemoed,
Want gij zijt het hoogste goed!
|
|