Tweestemmige zangstukjes voor de jeugd
(1842)–A. Francken– Auteursrechtvrij
[pagina 16]
| |
[pagina 17]
| |
2.
Het hoofd des helds, die lijf en goed
Voor 't vaderland dorst wagen,
Zal, tot vereering van zijn moed,
Een' krans van lauw'ren dragen.
3.
De burgerkroon, van eikenloof,
Zij d'eedlen man gegeven,
Die, voor de stem der zelfzucht doof,
Voor 't heil des volks wil leven.
4.
De bruid, wie, meer dan parelglans,
Het onschuldswaas mag sieren,
Behoort een schoone bloemenkrans
Om 't blonde haar te zwieren.
5.
Maar hem, die leeft in hooger trans,
Godvruchtig was en edel,
Hem siert dáár d'allerschoonste krans,
Een sterrekroon den schedel.
|
|