wand: een geurend wonder van geloot en overwinning, een verbreken van alle aardse onzekerheden: het dreunen der genade. God in zijn stralendste Mens-zijn wandelt opnieuw over de paden der wereld en de kersebomen bloeien en zij werpen hun bloesems voor zijn voeten en de crocussen strooien hun geuren in de hagen waar hij voorbijgaat. De smaragden kelen der merels en de lokkende roepstem der wielewalen klateren en alle dreven staan roomwit van genade. Zie, de bloemen sidderen in hun bladen nu de verre droom neerzijgt, de gouden vruchtzetting, de milde lentse ontvangenis.
De torens rekken zich uit nu Christus zijn blonde hoofd steekt tot onder de sterren, die in verrukkelijke standen zwermen in de maankring ter zijner verheerlijking.
Christus, de Sterke, hij wentelt de steen van het graf, hij verbreekt het zegel der machtigen en de voorschriften der magistraten maakt hij waardeloos. Nu is het goddelijk avondrood gebroken over de wereld en heerlijker dan alles wat hij in zijn voortijd beloofde, kwam Hij geven. Door het lijden te doorstaan bewees hij zijn liefde en na het lijden is er niets meer dat de liefde nog sterker kan maken. Dan is er alleen nog het verrijzen. Het loon voor alle lijden is de verrijzenis en na het lijden is de steen gewenteld van het graf. Dan komen Maria Magdalena en Maria van Jacobus en alle Maria's, alle vrouwen en alle zielen, die waren, die zijn en die worden zullen en zij zullen zien: Hij is niet meer. Hij is verrezen!
Christus, witte divine Christus, wit vuur van genade dat zwelt over alle werelden der aarde, ons heimwee wordt groter na elke nieuwe mens die verrijst uit de onstuimige wateren van uwe liefde. Van alle eeuwigheid tot nu toe, tot thans nu wij om u roepen, om u smeken Heilige, Sterke, Heilige Sterke, wies de vloed van uwe genade waarop de bark van elkeens leven dob-