Bij de dertiende druk
Een boek schrijven is één ding. Na acht maanden tegen de dertiende druk aankijken is een andere zaak. Je schrikt ook van zo'n verspreiding. Je leest alle kritieken, je luistert en daar sta je dan met je verantwoordelijkheid ten aanzien van de eigen stellingname. In deze dertiende druk zijn enkele bekortingen aangebracht. Maar de belangrijkste wijziging betreft mijn formulering over de (on)mogelijkheid tot hervorming van de psychiatrische inrichting. Men heeft mij van verschillende kanten verzekerd hoezeer men inziet dat fundamentele hervorming noodzakelijk en mogelijk is. Waarom dan stellen dat hervorming van deze inrichtingen een onhaalbare kaart zou zijn? Een sprong naar de toekomst doet inderdaad onvoldoende recht aan het heden. Want de psychiatrische inrichtingen zijn er, met al hun personeel en met hun zware taak. In deze herdruk heb ik dan ook een meer genuanceerde visie gegeven ten aanzien van dit probleem en ook ten aanzien van de belangrijke functie die het psychotherapeutisch centrum in Nederland vervult.
Voor de rest is dit boek geen ‘handboek van de psychiatrie’ en blijft de inhoud ongewijzigd als uitdrukking van mijn overtuiging - die ik deel met zovelen.
Amsterdam, 15 januari 1972