Varianten bij Achterberg. Deel 1. De varianten(1973)–R.L.K. Fokkema– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 306] [p. 306] 3.8.3. Zie 3.4.4. 3.8.4. Veewagen 1945 [668] Hoe kwam ik weer in mijn dijen te staan? Ik stond vastgeschroefd op mijn tenen. Er drong een juffrouw tegen mij aan. Het heeft bijna liefde geschenen. Ik was er misschien nog op in gegaan, doch mijn buik brak boven mijn benen. 7[regelnummer] Een heer zei tot een vreemde mijnheer: mag ik u eventjes plagen. En hij nam twee centimeter meer, ten koste van de hele wagen. Dat duurde drie dagen. De geest hing neer in rafels, die rafels kregen. Ik ging middendoor, maar het deed geen zeer, want de anderen hielden het tegen. Ik keek tussen kragen en achter in ogen en zag het leven aan vel en vernis. Wij voelden ons in elkander bedrogen tot op het canvas, geen vlees en geen vis, maar borende botten en ellebogen, een massa, waarin de mens een logen en stuk voor stuk ongelukkig is. En de wielen joegen over de rails... Vorige Volgende