Afrikaense Thalia
(1986)–Willem G. van Focquenbroch– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina XII]
| |
Dit is de eerste druk van de Afrikaense Thalia. Een exemplaar van deze editie heeft als kopij gediend voor de uitgave van Lindenius en Vinck in 1679, die op haar beurt weer kopij was voor de editie van wed. Michiel de Groot en Gysbert de Groot. In de latere verzamelde werken (1696, 1709, 1723 en 1766) heeft Abraham Bógaert vele malen ingegrepen in de tekst. Bovendien zijn daar de afzonderlijke bundels niet meer als zodanig te herkennen; er is gekozen voor een indeling naar genre. De hier uitgegeven editie zal gedrukt zijn na 20 november 1677. Op die datum adverteerde Jan ten Hoorn De geestige werken van Aernout van Overbeke in de Amsterdamsche Saturdaghse Courant. Dit werk, waarnaar in de ‘Voor-reden’ van de Afrikaense Thalia wordt verwezen, heeft reeds het jaartal 1678. In alle gecollationeerde exemplaren van deze editie is de kopregel vanaf het E-katern in een foutieve volgorde gezet, namelijk ‘Geurige Zang-Godin’ op de verso-zijde en ‘Afrikaense Thalia of’ op de recto-zijde. Dat dit in alle katernen zo is, wijst erop dat de kopregels in de vorm zijn blijven staan en de nieuwe pagina's hierin zijn geplaatst. Uit mijn onderzoek is echter gebleken dat de kopregels een paar maal opnieuw zijn gezet; slechts in enkele vormen heb ik identiek zetsel aangetroffen. Verder moet minstens een deel van het zetsel onmiddellijk na het drukken zijn afgebroken en vervolgens opnieuw gebruikt. Dit kan men zien aan de beschadigde initiaal ‘W’ op p. 83 die ook op p. 106 voorkomt. | |
[pagina XIII]
| |
Omdat het voorwerk gepagineerd noch gesigneerd is, wordt ernaar verwezen d.m.v. de toegekende signatuur (π), en een foliumaanduiding. Deze aanduiding is tussen rechte haken aan de voet van de pagina geplaatst. |
|