Verzameld werk. Deel 2(1958)–P.N. van Eyck– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 111] [p. 111] Naar huis Dat vochtig, rommelig herfstbos uit, Kom ik, Over een smalle, donkere dam Dwars door schemerend Avondwater, Langzaam, eenzaam Naar huis Gegaan. Schuins Achter de naakte, kaarsrechte dam, Vlak bij de kim, Een ijle, wazige najaarsmaan, Die aarzelend Wegzinkt. In dit doodsbleek schijnsel op schemerend water Verglimt Sluimerig, Schraal, Naglans van verre pinkstervlam. Ik Over die donkere brokkeldam Strompelend. Het hart Zieltogend. Alles vaal, - Alles Stom. Vorige Volgende