Je stuk is noch uit belangstelling voor de lezer, noch uit liefde voor de
voorafgegane dichtkunst voortgekomen, maar uit een intellectuele drang om met
één duw op zij te schuiven wat alleen misschien door de arbeid van een lang
leven zou te overwinnen zijn, als ooit poëzie van voorgangers overwonnen wordt,
of overwonnen heeft.
Je laatste brief komt uit dezelfde geest voort. Je vergeet er de werkelijkheid,
zoowel die van mijn persoon, als van de Beweging en van jezelf.
Je meent dat dit artikel uit dezelfde overtuiging, uit hetzelfde geloof,
geschreven is als je vorige. Waarom ook niet? Maar de vorige waren geschreven en
dit is het niet. Indien tenminste onder geschreven verstaan wordt: ook voor
anderen en niet alleen voor jezelf.
De reden waarom ik het voor de Beweging weiger is dan ook niet dat er meeningen
in zijn uitgedrukt die ik niet deelen kan. Ik laat ieder vrijheid voor de zijne
optekomen. Mijn reden is dat het stuk niet geslaagd en dientengevolge
onplaatsbaar is. Zeker had ik liever gezien dat je uit mijn vorige schrijven die
gevolgtrekking gemaakt en het stuk teruggetrokken had. Na die brief had ik - zoo
schreef ik je - geen argumenten meer. Alleen een naakt oordeel, waarvan ik niet
kan aannemen dat je, in de stemming die je brief toont, het aanvaarden zult.
Toch is er niets aan te veranderen: het is na aandachtige en herhaalde lezing en
overdenking van je artikel opgemaakt.
Met hartelijke groeten
A.V.