De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914
(1988)–P.N. van Eyck, Albert Verwey– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 203]
| |
361. Albert Verwey aan P.N. van Eyck, 11 maart 1918Noordwijk/zee 11 Maart 18
Beste Van Eyck, Zou het onmogelijk zijn de Beweging in eigen beheer uittegeven? Ik veronderstel niet dat het oogenblikkelijk noodig is. Ik ben in onderhandeling met Versluys en slaagt die, dan is het zelfs niet uitgesloten dat het tijdschrift op den duur bij hem blijft. Maar ze kan ook mislukken, en dan moet ik klaar staan om uiterlijk 1919, desnoods zelfs eerder, de uitgaaf in de hand te nemen. Een ander uitgever te zoeken, lokt me niet aan. De volslagen onafhankelijkheid ten opzichte van rentabiliteit etc, waarin ik het tijdschrift wensch te houden, was met Versluys alleen vereenigbaar zoolang hij gemoedelijk was en niet zakelijk. Nu hij het laatste op een slechte manier wordt, moet ik erkennen dat goede zakelijkheid te verkiezen zou zijn; maar ook de beste komt niet overeen met de bewegings-vrijheid van De Beweging. Geen uitgever dus - D.w.z. zelf uitgever. Maar hoe? Dat is wat ik van je weten zou. Er zijn twee mogelijkheden. Ten eerste: Iemand van ons neemt directie en administratie op zich en ontvangt daarvoor de vergoeding die anders een uitgever krijgt. Ten tweede: de Beweging, als uitgever, draagt de administratie op aan de drukker, die daarvoor dezelfde vergoeding ontvangt. Welke van die twee zou de beste zijn? Of weet je een derde.
Je twee besprekingen heb ik ontvangen en die over Bolk naar de drukkerij gestuurd. Je vindt wel goed dat ik de andere plaats of uitstel naar gelang van ruimte. Dat stukje over Bolk vind ik belangrijk. Ik las het met veel instemming. Bij gelegenheid hoop ik het geschrift zelf te zien. Ik zal hierbij een lijstje insluiten van boeken die nog beschikbaar zijn; dan hoor ik wel wat je bespreken wilt. In Leopold zag ik een portret van je dat ons bijster beviel.Ga naar voetnoot498 Bestaat er van die foto nog een afdruk, dan houd ik me aanbevolen. Je stukje over Timmermans bestaat uit twee deelen, en daar is geen bezwaar tegen. Als de kritiek tot op zekere hoogte instantané blijft, heeft de besprokene wel recht op twee, zoo niet meer instantanés [sic]. Toch geloof ik dat in dit geval het eerste instantané rechtvaardiger is dan het tweede. Het gaf je bij herlezing de indruk dat er wat aan ontbrak en je trachtte dat goed te maken. Maar daarbij zag je over 't hoofd dat in Timmermans-zelf de onmogelijkheid ligt van een bespreking die aan een zekere uitstraling buiten iedere getrokken omtrek recht zou doen. Hij heeft, komt het me voor, allerlei aanloopen naar eigenschappen die buiten het midden van zijn kracht vallen. Maar het blijven aanloopen. Juister nog: een kern heeft hij niet: zijn natuur bestaat uit de gevoels-vermenging van ongelijksoortigheden. Je eerste deel geeft dat heel goed weer. Tracht je daarom, in je tweede, hem een kern te geven, door hem met Beets te laten | |
[pagina 204]
| |
samenvallen, dan ben je er m.i. veel meer naast dan eerst Juist Hildebrands stevige onvoorwaardelijke omtrekken van werkelijkheid hebben de Camera haar waarde doen behouden. Had hij het hybridische dat in de humoristische beschouwing ligt alleen als gevoelsstaat gegeven, dan zou hij naast Timmermans zijn komen te staan, en waardeloos zijn geweest. Wat hem gered heeft is zijn niet-hybridische, maar zeer positieve oppervlakte-kunst, Ik geloof dat het beter is voor een bespreking, van jouw kant oordeelend, het bij de eerste helft te laten, al weet je dat iedere strenge beschouwing uit een bepaald oogpunt geen schrijver recht kan doen die in een vlottend gevoel zijn voornaamste eigenaardigheid heeft. Vóór ik het vergeet: welk boekje vroeg je of ik had: Bolk of het Kindeke Jezus. Ik ontving ze geen van beide. Vraag dus aan wat je hebben wou. Mientje is hier en zal nog wat blijven. Zij maakt het best. En hoe gaat het met Nine? Raad eens wat ik dezer dagen van Uyldert kreeg... Der Garten der Erkentniss, de oorspronkelijke druk. Niet mijn eigen vroegere exemplaar (dat gebonden was) maar het zijne, in geel omslag. Ik leende een oogenblik jouw hart om me de waarde bewust te maken. Van harte het beste met Nelly en met de toekomstige. (Hoe nuttig toch dat ik de naamvals-n heb afgeschaft.) Je A.V.
Voorloopig deze: J.de Meester, Gedenk te leven. Emmy v.Lokhorst: Phils amoureuze perikelen.(Brusse) J.W.de Boer: de Gek (Brusse. De Zomertocht van den Reus door Johan Wesselink (v.Looy) Van Suchtelen's Uit de diepten der ziel interesseert ook mij, maar als je 't bespreken wilt, is het je afgestaan. Ik kom er niet toe. |
|