De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914
(1988)–P.N. van Eyck, Albert Verwey– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 165]
| |
320. P.N. van Eyck aan Albert Verwey, 5 oktober 19175 Oct '17
Zeergeachte Heer, Ik moet beginnen met mijn vreugde uit te spreken dat U het Duinpad toch in De Beweging gepubliceerd hebt. Het is een prachtige serie, waarvan een aantal mij nog bijzonder getroffen hebben [sic]. Het is nu maar te hopen dat de heele bundel gauw komt.Ga naar voetnoot414 En verder heb ik eigenlijk niets te vertellen. Hierbij gaan de 2 laatste mijmeringen, waarvan Het Meer ook het laatste van mijn boekje is. Brusse wil het keurig uitgeven, maar meent ƒ 3,25 ing. en ƒ4,25 gebonden te kunnen vragen, zoodat ik vrees na deze uitgave mijn uitgever weer te zullen kwijtraken. Decopy die ik zend, is indertijd haastiglijk overgeschreven, maar ik geloof dat zij toch leesbaar genoeg is. U zult wel niet van mij vergen het nogmaals over te schrijven. Zooals altijd had ik op de revisie van mijn stukje mijn gewone losse vellen gevraagd en ziet, daar zendt Versluys tot mijn schrik 12 prachtige overdrukken (bij gebrek aan kennissen veel te veel) +... de rekening. Vervelend. Met veel instemming heb ik Uw stukje over George gelezen. Hilde (wij noemen elkaar nu bij de naam) zal nu wel teruggekomen zijn van haar bezwaar over de ontbrekende lösung. Ik ben sinds weken reusachtig a/d arbeid. In plaats van Goethe,Ga naar voetnoot415 die najaar 1918 moet komen, verschijnt in 't volgend voorjaar een Plato bloemlezing met inleiding.Ga naar voetnoot416 Zij is reeds over de helft. Wat een kunstenaar is Plato geweest! Zelfs de meest technischphilosophische dialoog zit vol leven en spanning. Zou een of ander fragment (de Palinodie uit de Phaidros bv.) niet iets voor De Beweging zijn?Ga naar voetnoot417 Het is werkelijk heerlijk veel arbeid te hebben, en de lust, en de tijd. Hartel. v.huis tot huis geheel Uw P N van Eyck |
|