De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914
(1988)–P.N. van Eyck, Albert Verwey– Auteursrechtelijk beschermd223. P.N. van Eyck aan Albert Verwey, 11 februari 1915Rome 11 F. '15.
Zeergeachte Heer, Gister een brief verzonden hebbend, ontvang ik heden de Uwe, in de grijze nevelen der verkoudheid een zijig-zilveren licht, blij begroet, schoon gedempt ditmaal, - Uw toon is een beetje mismoedig. Ik schreef U juist ook over de zelfde | |
[pagina 66]
| |
verklaring. Nadere inlichting: (van de kant v.'t Pruisisch Hist.Inst. hier) Duitschl. zal half Febr.120 duikbooten gereed hebben 80 sinds 't begin v.d.oorlog gemaakte) Zou het waar zijn? Hebt U de brief van Blanke[n]stein uit Berlijn gelezen?Ga naar voetnoot175 Eigenlijke aanleiding v.deze kaart is Uw opmerking over George-Wagner-Goethe. Mijn bedoeling is veel oppervlakkiger dan U denkt. De zinsnede wilde alléén eerst door een waardeschatting (en niet meer) de positie v. Wagner tusschen de 2 anderen verzekeren, om dan tusschen die drie grooten het essentieel verschil aan te geven. De fout is dat ik v.d. veronderstelling uitging dat dit voor Wagner nog noodig was. Nu het aanleiding tot misverstand kan zijn (en aangezien ik zelf in 't geheel niet veel van waardevergelijkingen tusschen min of meer ‘incommensurabele’ grootheden houd) zou ik U willen vragen, de tusschenzin ‘die boven George - Goethe’ te schrappen en voor ‘misschien die twee dichters’ vlak daarna, in de plaats te stellen ‘tusschen Goethe en George’. Zoo wordt het veel beter, komt zuiverder de erkenning van die 2 verschillende groote werelden tot haar recht en geeft het tegelijk weer een voorbeeld van het allijd (sc. altijd) afwisselen der 2 in den stroom v.het geestelijke leven der tijden. Hartelijke groeten Hoogachtend Uw P.N.v.Eyck |
|